Ruud van Heel in Orihuela Costa, Alicante; ‘Wil je iets anders, dan moet je dat doen!’

“Ze noemen me hier ook wel de Minister van Feest”, zegt Ruud van Heel (55) lachend. “Maar waar ik die bijnaam aan verdiend heb weet ik niet!” 
Nou, als ik zo eens op zijn Facebook-pagina kijk dan heb ik wel een vermoeden… Lachende gezichten, samen met vrienden, terrasjes in de zon, heerlijke drankjes en hapjes en een lekker muziekje erbij. Het leven in Orihuela Costa lijkt één groot feest. Maar dat je dan zelf de slingers op moet hangen weet Ruud als geen ander. Zes jaar geleden werd bij hem een zeer zeldzaam sarcoom ontdekt met een levensverwachting van drie maanden.

Jeugd uit het boekje

Ruud heeft zonet nog koffie gedronken met een vriend uit Weert die aan de Nederlandse winter probeert te ontsnappen door hier twee maanden een huisje te huren aan het strand. Ruud en zijn vrouw Nathalie (55) kozen drie jaar geleden voor een definitieve verhuizing naar het plaatsje Orihuela Costa in de provincie Alicante aan de Spaanse oostkust. Voordat hij vertelt hoe het allemaal zo ontstaan is vertelt hij eerst enthousiast over zijn jeugd in Weert.

“Ik ben geboren in Stramproy maar één jaar later verhuisden we (ons pap en mam en mijn oudere zus en broer) naar de Beatrixlaan. Hier heb ik een geweldig onbezorgde jeugd gehad zoals dat vroeger nog was; veel buiten spelen, bomen klimmen, skateborden en stoepranden. In ons huis stond de deur altijd open en er kwamen veel vriendjes om te spelen. Ook de oudere vrienden van mijn negen jaar oudere zus. Achteraf gezien zou je sommigen van hen misschien hippies of provo’s kunnen noemen. Ze waren heel gezellig en aardig tegen ons kleintjes.” Tijdens zijn tienerjaren ontmoet hij zijn vrienden op ’t pleintje op Moesel en het uitgaan ontdekt hij al vroeg op de Instuif in Stramproy. “En dan stiekem naar de Taphoeve”, bekent Ruud lachend. “Daar kon ik al snel gaan werken als glazenophaler tussen de grote jongens, dat was een geweldige tijd. Een paar jaar later zat het ritme er goed in; donderdag naar de Saloon, vrijdag naar de Brouwer en de Klatsch, zaterdag naar de Dickens, de Fifty en de Carte en zondag naar Nederweert.”

Passie voor je werk

Na de lagere school wil Ruud naar de koksschool in Eindhoven. Pap en mam vinden hem nog te jong ‘Zo’n klein manneke iedere dag alleen naar Eindhoven’, nee, dat zagen ze niet zitten. ‘Ga jij maar eerst twee jaartjes naar de Biologische school’ werd gezegd. Ruud weet het nog goed: “Dat was de school van onze buurman meneer Hennissen. Daar kon ik altijd terecht als ik uit de klas werd gestuurd of een klassenfuif wilde organiseren. Het was een geweldige tijd. Ik kon gemakkelijk leren maar had er weinig zin in.” Na twee jaar gaat hij naar de koksschool in Eindhoven. Volgens Ruud was dat wel even iets anders: “Het was één van de strengste scholen van het land met veel regels. Al in de eerste week werd ik geschorst en moest ik me toch wel even aanpassen om niet van school gestuurd te worden. Het was wennen maar uiteindelijk is het toch goed gekomen. Hier heb ik geleerd dat passie voor je werk heel belangrijk is. Mijn motto is altijd geweest ‘Als je doet wat je deed, krijg je wat je had’. Dus ben je niet tevreden met wat je hebt, ga dan iets anders doen!”

High school lovers

Ruud en Nathalie ontmoeten elkaar als ze in de brugklas en de tweede klas van de middelbare school zitten. Ruud: “Ze achtervolgde me op koopavonden met haar vriendinnen en uiteindelijk hebben we in 1984 verkering gekregen.” Ruud gaat kort aan de slag als kok maar stapt na een aantal vervelende ervaringen uit de horeca. Bij een bedrijf in hijsmiddelen start hij als verkoopmedewerker en groeit door tot branchemanager. In 1998 wordt dochter Romy geboren. In 2007 maakt hij een switch en gaat aan de slag bij wat toen nog GTI heette. ”Ik ben op de vestiging in Maastricht-Airport gestart als teamleider en door omstandigheden in de reorganisaties terecht gekomen. Binnen het bedrijf, wat inmiddels Cofely en daarna Engie heette, heb ik jarenlang meegewerkt aan verschillende reorganisaties. Ik heb het hele land doorkruist en uiteindelijk kwam ik terecht bij Kalibra (onderdeel van Engie) in Delft. Ik was verantwoordelijk voor Zuid-Nederland en België. Hier heb ik gewerkt tot ik ziek werd.”

Strijd van zijn leven

Het begint allemaal met een herseninfarct in 2018. Ruud knapt hier maar moeilijk van op en het lukt hem niet meer om, ondanks hulp van zijn werkgever, zijn werk op te pakken. In juni van 2019 wordt hij steeds zieker. Aanvankelijk wordt het niet zo serieus genomen totdat hij plotseling een ernstige trombose krijgt. Met spoed wordt hij naar Maastricht gebracht en op de scan zien ze iets opvallends. Ruud: “Ik had een zeer zeldzaam sarcoom (een kwaadaardige tumor van steun- en tussenweefsels of van de weke delen. red.) in mijn aorta ter hoogte van de nieren en een levensverwachting van maximaal drie maanden. Dit zette alles op zijn kop en al mijn dromen vielen in duigen.” Het medisch team in Maastricht geeft aan toch chemotherapie te willen proberen en te kijken wat er gebeurt. Ruud kan kiezen uit een reguliere chemo of zoals zij het noemen ‘een Turbo-kuur’. Ruud: “Ik dacht ik doe wat mogelijk is, dit is mijn enige kans. Ziek worden doe je toch en dus koos ik voor de Turbo.” 
De kuur start de dinsdag na Bospop. Ruud gaat naar zijn geliefde festival (waar hij met Nathalie vaak als vrijwilliger werkte) met de gedachte dat dit zijn allerlaatste keer zal zijn. Een half jaar later, “Ja, ik leefde nog steeds”, zegt Ruud, bleek dat de chemo zijn werk goed had gedaan. “Ze gaven me een kans van kleiner dan 1%. Ze konden het niet geloven dat de tumor was verslagen. Het was geweldig, maar mijn lichaam was ook verslagen”, vertelt Ruud. “Maar ik leefde nog. Problemen met lopen en concentratie en zenuwpijn waren het gevolg, maar ik leef nog!”

Het roer om

Na een jaar van ellende en misère zoals hij het zelf omschrijft, besluiten Ruud en Nathalie om er even tussenuit te gaan naar Spanje. Ze bezoeken daar een oud-collega en zijn vrouw. Ruud: “Spanje was heerlijk in de winter en we konden er snel aan wennen. Terug in Nederland werd duidelijk dat ik mijn baan bij Engie nooit meer zou kunnen uitvoeren. Ik was volledig afgekeurd en ook Nathalie was haar baan kwijtgeraakt. Voor mij was elke dag een cadeautje ik wilde er zoveel mogelijk uithalen, ondanks de beperkingen die ik lichamelijk en geestelijk ervoer (en nog steeds ervaar). We zijn daarna in 2020 voor het eerst echt gaan overwinteren in Torrevieja aan de Costa Blanca. Terug in Nederland merkten we dat we Spanje direct misten. Dat gevoel werd steeds sterker. We besloten ons huis te verkopen en vertrokken definitief naar Spanje. Je moet immers met name spijt hebben van de dingen die je niet gedaan hebt”, zegt Ruud overtuigend. “We zeiden; We gaan het doen en als het niet bevalt gaan we iets anders doen!”

Rust en reuring

Ruud en Nathalie wonen in een vrijstaand huisje met tuin en zwembad op slechts drie kilometer van de prachtige baaien van Orihuela Costa. “Het is niet te groot allemaal, precies goed voor ons. We kunnen altijd gasten ontvangen en dat gebeurt ook heel vaak. We hebben rust rondom het huis en drukte op fietsafstand”, legt Ruud uit. Het Zuiden van de Costa Blanca staat bekend om het milde klimaat. De streek kenmerkt zich door talloze velden met sinaasappel-, citroen- en mandarijnenbomen. Voor de liefhebbers is er een groot aantal schitterende golfbanen. Dat zorgt ervoor dat er ook in de winter reuring is in en dat alle winkels, restaurants en barretjes geopend zijn. “Het gebied rond Torrevieja staat bekend als gezondste van Europa. Speciaal voor mensen met luchtweg-, hart- en vaatproblemen zijn fysieke inspanningen niet zo zwaar en hoeven ze minder medicijnen te slikken”, verklaart Ruud. Door de afwezigheid van zware industrie is de lucht schoner en door de aanwezigheid van zoutmeren is er een relatief hoge concentratie jodium in de lucht; beide komen de gezondheid ten goede.

Positief blijven

Zes jaar na de diagnose kampt Ruud nog dagelijks met de naweeën van zijn herseninfarct, de trombose en de zware chemokuren. Toch is het glas altijd halfvol voor hem. “Ik focus vooral op de dingen die ik nog wel kan. Ik kan weer een stukje fietsen op mijn e-bike, een stukje lopen en inmiddels weer zwemmen. De schade aan lichaam en geest is onomkeerbaar, maar het is wat het is. Er staan maar weinig dingen op mijn bucketlist. Ik leef vandaag en kijk niet zover vooruit. Echter is er één ding waar ik echt naar uitkijk, en dat is opa worden”, geeft hij eerlijk toe. “Ik hoop dat dit nog ooit gaat gebeuren.”

Tot slot wendt Ruud zich direct tot de lezers van Weert Magazine: “Ik hoop dat jullie gezond mogen blijven en genieten van wat je hebt en wie je hebt. En denk aan mijn motto ‘Als je doet wat je deed, krijg je wat je had’. Zie je ons in Weert, zeg dan gerust ‘Hola’!”