Iryn Wolter-Janssen: ‘Vrâw vanne Preens’

Op de maandag na de uitroeping van Prins Stefan II van de Rogstaekers sprak ik zijn vrouw Iryn (33) in hun al rijkelijk versierde huis aan de Kazernelaan. Nauwelijks bekomen van alle indrukken en na twee korte nachten vertelt zij over haar leven, haar achtergrond en  de cultuurverschillen tussen vastelaovundj in Weert en carnaval in Someren, haar geboorteplaats.

Wie is Iryn Janssen en wat typeert haar?

Ja, de vrouw van de ‘prins van Weert’ natuurlijk. Ik ben graag op de achtergrond maar heb wel een sterke mening en ga discussies niet uit de weg. Ik laat zeker wel horen wat ik ergens van vind maar hoef niet met mijn neus vooraan te staan. Soms ben ik een impulsieve flapuit maar meestal denk ik goed na over zaken. Eerlijkheid vind ik heel belangrijk en ik kan moeilijk omgaan met mensen die er omheen draaien. Ik ben vrij direct en rechtdoorzee.

Ik werk drie dagen in de week in de commerciële binnendienst bij Peijs Verpakkingen B.V. hier in Weert; heel leuk werk en heel fijne collega’s. Gekscherend zeg ik wel eens dat ik bij Peijs kom voor mijn rust en dat het thuis, met drie kleine kinderen, pas echt werken is.

Soms maak ik me wel zorgen over de toekomst van mijn kinderen. De situatie in de wereld is nou niet bepaald geruststellend. Uit zelfbescherming sluit ik me af en toe af voor een teveel aan nieuwsberichten.

Wat zou je beste vriendin over jou zeggen als ik haar zou vragen jou te beschrijven?

Goh, dat zou je eigenlijk aan haar moeten vragen. Ik denk dat ze ook wel ‘humor’ zou noemen. Gezelligheid en een beetje lol maken vind ik belangrijk (ik lach graag en het liefst om mijn eigen grappen). Mogelijk noemt ze me ook een ‘huismus’. Ik kan genieten van rust en stilte. Vroeger ging ik veel uit maar nu vind ik het heerlijk om in mijn eentje op de bank naar een tv-serie te kijken. De ziekenhuisserie ‘Grey’s Anatomy’ heb ik meerdere keren bekeken. Ik weet precies wat er gaat gebeuren en toch geniet ik ervan. Dan zit ik helemaal in mijn comfortzone.

Hobby’s?

Visagie is een van mijn hobby’s. Ik heb toerisme gestudeerd en daarna een jaar de visagie-opleiding aan de hogere privé visagieopleiding ‘De school van Mieke Petiet’ te Amsterdam. Met de toerisme-opleiding heb ik nooit iets gedaan. Mijn hart lag bij visagie. Ik ging bij Douglas in Eindhoven e.o. werken in combinatie met een dag in de week naar Amsterdam. Dat heb ik twaalf jaar gedaan, interne opleidingen gevolgd en uiteindelijk geëindigd als storemanager in Veldhoven. Met drie kinderen en een man die als zanger in het weekend ook vaak verplichtingen had, werd dat te veel. Ruim anderhalf jaar geleden ben ik daar gestopt en nu werk ik in een totaal andere wereld bij Peijs en dat bevalt me heel goed. Voor vrienden en bekenden haal ik nog af en toe mijn visagie-skills uit de kast.

Sport is voor mij niet direct een hobby maar met hulp van een personal trainer ben ik in de afgelopen vijf maanden bijna twintig kilo afgevallen. Het was na mijn laatste bevalling echt nodig. Ik ben er best wel trots op dat me dat gelukt is.

Kinderen

We hebben drie kinderen. De oudste is James. Hij wordt Aswoensdag vier. Op het ‘Wieërter Vastelaovendj Lidjes Festival’ bij de Soos had hij, samen met zijn vader, zijn eerste podiumervaring: hij vond het prachtig! Hij heeft echt de genen van papa. Lennon en Charlie vormen onze meiden-tweeling en die worden in april twee. Zij zijn nog te klein om te beseffen wat het allemaal inhoudt.

Hoogtepunten en eventuele dieptepunten in je leven?

Het klinkt heel cliché maar voor mij zijn de geboortes van mijn kinderen echt hoogtepunten. Toen we het nieuws kregen dat het na James een tweeling zou worden, overviel me dat wel. Ik heb er nachten niet van geslapen. Je gaat heel praktisch denken: Je moet alles dubbel aanschaffen, past het straks allemaal in de auto, hoe kan ik voor drie kinderen oppas regelen, dat soort dingen. Maar dat lost zich allemaal op en ik ben zielsgelukkig met mijn meiden.
Dieptepunten heb ik niet. Ik ben een gelukkig mens, ben tot nu toe heel soepel door het leven gegaan. Ik heb alles wat ik wil: een leuke baan, een fijn huis, een lieve man en lieve kinderen.

‘De vrâw van’

Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?

Via Tinder. Dat is wel een opmerkelijk verhaal. Ergens in 2018 zat ik met een collega op een terrasje en gebruikten we elkaars telefoon om voor de gein op Tinder een partner voor de ander te zoeken. Ik heb Stefan dus niet zelf geswipet, het was mijn collega die hem voor mij heeft gevonden. Zo is het begonnen terwijl ik daarvoor altijd zei dat ik geen Limburger wilde.
De grens tussen Brabant en Limburg was voor mij toch wel een barrière. Toen ik zijn voicemailbericht hoorde, merkte ik dat hij helemaal niet zo Limburgs klonk en wilde ik wel afspreken. 
Mijn ouders spreken overigens plat Zummers maar mijn zus en ik hebben dat nooit zo opgepakt. Wij praten natuurlijk wel met een Brabants accent.

Verliefd – Verloofd – Getrouwd

Toen ik bijna vijf jaar geleden voor het eerst zwanger raakte, overigens geheel gewenst, wilden we gaan trouwen en dat ook vieren. Maar de coronagolven werden steeds heftiger en voor feesten was totaal geen ruimte. Ik was 32 weken zwanger toen we alsnog voor de wet trouwden met een stuk of tien familieleden en vrienden als getuigen.

Waarin verschillen jullie van elkaar en waarin vullen jullie elkaar aan?

Wij zijn een klassiek voorbeeld van introvert en extravert. Steef is heel druk en wil het liefst 24 uur in twee uur proppen terwijl ik meer de agenda ben, de planner die structuur aanbrengt. Hij heeft een instelling van ‘het komt wel goed’ terwijl ik het vooraf goed geregeld wil hebben. Dat weten we ook van elkaar en daarin vullen we elkaar dan ook goed aan.

Hoe zie jij jouw rol de komende tijd in een team van tien personen?

Het programma ligt al klaar, dat vind ik al heel fijn, en we hebben een leuk team. Met de andere vier dames heb ik een groepsapp aangemaakt en overlegd in welke richting we het qua kleding wilden zoeken. Daarna hebben we een hele berg kleding besteld, avonden lang alles gepast en weer een hele hoop teruggestuurd. We zijn allemaal andere types. Wat ik belangrijk vind, is dat iedereen zichzelf kan blijven en zich daarin goed voelt. Ik durf van mezelf te zeggen dat ik voldoende mensenkennis heb en verhoudingen snel aanvoel. Ik heb er alle vertrouwen in dat wij een goed team vormen.

En wat Steef betreft: We hebben natuurlijk een ‘kleijermeister’ maar ik hou toch ook goed in de gaten hoe hij erbij staat.

Vijf weken vol gas in het jubileumjaar van de Rogstaekers. Stefan is een energieke gezonde kerel maar er heerst ook een griepvirus. Denk je af en toe op de rem te moeten trappen om te voorkomen dat hij ziek wordt of dat zijn accu leeg raakt?

Gelukkig zegt Steef zelf altijd dat ik zijn natuurlijke rem ben. Dat klinkt negatief maar dat is het niet. Hij staat altijd ‘aan’ en krijgt energie van op een podium staan. Maar na de uitroeping zat hij bijvoorbeeld nog tot diep in de nacht appjes te beantwoorden en dan moet ik echt zeggen ‘Leg dat ding nou weg want er komen er net zoveel bij als jij nu beantwoordt’.

Ondanks het feit dat ik een uitgesproken geëmancipeerde mening heb over man-vrouwverhoudingen heb ik geen probleem met de rol van ‘de vrâw van’. Het is een traditioneel spel dat met carnaval gespeeld wordt.

Vastelaovendj

Ben jij als ‘meerminneke’ een vastelaovendjveerder in hart en nieren?

Mijn ouders zijn echte carnavalsvierders. Volgens hen stond ik, een week oud, al in een kinderwagen langs de weg toen de optocht langstrok. Ik heb mijn hele leven carnaval gevierd maar onze vriendenclub was niet zo van de officiële verenigingen. Met De Meerpoel, vergelijkbaar met hier De Rogstaekers, hadden wij niet zoveel. Als dat hele gezelschap binnenkwam gingen wij meestal weg.
De Weerter Rog en de Somerense Meermin zijn allebei zeedieren dus wie weet; misschien komen ze nog ergens samen!

Toen ik in Weert carnaval ging vieren moest ik wel aan het cultuurverschil wennen. De eerste keer met Stefan was ik verkleed als skileraar met skipak aan, skibril op en een snorretje aangeplakt. Hier in Weert kwam ik in een gezelschap terecht met kleurrijke pakjes en prachtig geschminkte meiden. Ook kende ik de dialectliedjes niet en het van kroeg naar kroeg trekken. De muziek in Brabant heeft meer het après-ski sfeertje terwijl het verkleden vaak als ‘iets’ of een karakter uitbeeldend is. Hier gaat het bij verkleden vooral om schmink en kleur. Someren is maar een dorp. Daar was ik gewend dat het zich binnen in een kroeg of tent afspeelde. Hier is het veel meer buiten op pleinen en op straat.

Hoe vierden jullie vastelaovendj in voorgaande jaren?

Stefan treedt in die tijd enorm veel op maar ik ging niet vaak mee. Zeker met de kindjes was dat nauwelijks mogelijk. Ik koos de leukste optredens uit en dan regelden we een oppas. Maar je kon mij nooit op het podium aantreffen. Het liefst stond ik achter in de zaal bij de geluidsman.
Een keer in het seizoen ging ik wel terug naar Brabant om carnaval te vieren, meestal met vriendinnen naar Asten.

Wat was jouw reactie toen jullie gevraagd werden dit avontuur aan te gaan?

De kans dat hij een keer gevraagd zou worden was altijd aanwezig. We hadden het er dus wel eens over gehad dat je zo’n kans niet aan je voorbij moest laten gaan. Daar hebben we nooit over getwijfeld. Ook ik vond het een eer als Steef gevraagd zou worden. Ik had het alleen dit jaar nog niet verwacht.

Hoe verliep de voorbereiding?

De prinsenbegeleiders kwamen iedere week en die bereidden alles keurig voor. Een voordeel was ook dat wij de adjudanten al meteen mochten kiezen en meenemen in de voorbereiding.
We hielden samen dagelijks een boekje bij met aan de linkerkant alle vragen en opmerkingen en rechts een soort dagboekje voor later. Én we hebben alles vastgelegd op beeld.
Oppas voor de periode na de uitroeping konden we nog niet regelen maar we hebben een heel goede achterban dus ik vertrouw erop dat ook dat goed komt. Daar waar het kan wil ik de kinderen ook meenemen.

Welke rol heb jij gespeeld in de keuze van de onderscheiding en het devies?

De onderscheiding daar waren we snel uit; dat is gewoon Steef ten voeten uit met hoedje en microfoon. Over het devies hebben we wel veel gesproken. Stefan is aan de ene kant heel chaotisch, aan de andere kant perfectionistisch: Allerlei teksten bedacht, liedteksten doorgespit, maar je moet het gewoon simpel houden. ‘Dit és zoeë schoeën, baeter gaon vae ’t neet kriêge’

Wat heeft je na de uitroeping het meest verrast?

Wat het losmaakt en dat zo ontzettend veel mensen je komen feliciteren. Er waren mensen die daar speciaal voor hun bed uitkwamen! Heel bijzonder en hartverwarmend.