‘De wereld aan onze keukentafel’

Soms lijkt het alsof de wereld in brand staat. Je hoeft de tv maar aan te zetten of je scrollt even door je telefoon en je wordt overspoeld door berichten over oorlogen, politieke spanningen, hongersnood en mensen op de vlucht. Je zou denken: dat is ver van mijn bed. Maar steeds vaker merk ik: het komt dichterbij dan we denken.

Dat zie ik ook hier in Weert. Ondernemers die last hebben van onzekerheid op de wereldmarkt. Mensen die zich zorgen maken over wat ze nog kunnen betalen. En vooral: inwoners die geraakt worden door wat ze zien – omdat ze geven om rechtvaardigheid, menselijkheid en vrede.

Laatst kreeg ik een bericht van een inwoner dat me echt even stil maakte. Ze schreef over Gaza, over kinderen die voedsel zoeken in het afval, over families die hun dierbaren verliezen. Ze schreef: “Je zou er toch maar geboren zijn, of wonen?” En dan die ene, confronterende vraag: “Kunnen we hier werkelijk niets doen, behalve toekijken?”

Dat soort berichten raken me. Omdat ik het gevoel herken. De machteloosheid. De verontwaardiging. Het diepe gevoel dat dit niet normaal mag zijn.
En nee, als burgemeester van Weert heb ik geen directe invloed op internationale politiek. Maar wat ik wél kan doen – en wat we allemaal kunnen doen – is betrokken blijven. Elkaar zien, elkaar horen, ook als het over pijnlijke en moeilijke onderwerpen gaat. Juist dan.
We kunnen praten met onze kinderen over wat er speelt in de wereld. We kunnen vluchtelingen hier welkom heten. We kunnen geld doneren, initiatieven steunen of gewoon luisteren naar elkaar. Want in een tijd waarin het makkelijk is om af te haken, is meedoen al een daad van hoop.
Weert is misschien geen wereldstad, maar het hart van onze stad klopt voor meer dan alleen onze eigen straat. En dat is iets om trots op te zijn.

Raymond Vlecken
burgemeester Weert