1 september 2023 | Auteur: Maarten Prinsen
De laatsteschool dag
Het nieuwe schooljaar staat voor de deur en in gedachten ga ik even terug naar mijn laatste schooldag op de basisschool. Ik stond schoorvoetend op de duikplank tussen kindertijd en puberteit, nog niet klaar om in het diepe te springen. In september zou ik mijn natuurlijke habitat dagelijks via de Boshoverbrug verlaten voor avonturen op het Bisschoppelijk College. Maar genoeg drama, zover was het nog niet.
Op basisschool De Vosseberg (tegenwoordig: Odaschool, locatie Anjelierstraat) stond deze dag in het teken van sport- en spelgerelateerde activiteiten. Tevergeefs deed ik mijn best om een podiumplek te behalen, maar dat lag niet aan mijn outfit. Voor deze feestelijke gelegenheid droeg ik mijn favoriete Bart Simpson-shirt, keurig ingestopt in een neonkleurig broekje. Daaronder mijn eeuwige witte sokken, opgetrokken tot halverwege de schenen. Mijn Lego-kapsel bedekt met een legerpetje vanwege aerodynamische redenen.
Het werd muzikaal gezien ook een enerverende dag, mede door All-4-One’s zwijmelklassieker “I Swear”, waarbij ik een wanhoopspoging ondernam om mijn grote liefde (naam bij de redactie bekend) te veroveren. Dit mislukte jammerlijk (reden ook bij de redactie bekend). Emotioneel verzwolg ik diverse plakken cake en bekers ranja. Dit tot grote vreugde van onze tandarts, die zijn gedroomde aanbouw dichterbij zag komen.
Ook de prijsuitreiking verliep teleurstellend, maar dat kon me na mijn amoureuze faux-pas niet schelen.
Tijd voor liefdesverdriet was er niet: de traditionele trefbalwedstrijd tussen schoolverlaters en leraren stond op het programma. Deze activiteit was eigenlijk niet meer dan een goed gecamoufleerde mogelijkheid voor de leraren om op milde, doch fysieke, wijze wraak te nemen voor het geklier door de jaren heen. De leraren waren ongeslagen en in 1994 werden ook mijn klasgenoten en ik aan de zegekar gebonden. Tot overmaat van ramp kreeg ik een snoeiharde effectbal onder de gordel (precies tegen het laaghangende zomerfruit) te verduren. Met een hoog gilletje ging ik tegen de vlakte. Dit onder toeziend oog van een menigte joelende leerlingen en ouders. Ondersteund door enkele juffen verliet ik het slagveld en van de schoolverpleegster kreeg ik een washandje met daarin een coldpack om mijn potentiële nageslacht te redden.
De apotheose van de dag volgde niet lang daarna. Mijn klasgenoten en ik beklommen het podium op het speelplein: tijd voor het afscheidslied, dat uit de storende geluidsboxen schalde. Vechtend tegen mijn tranen zong ik overdreven hard mee. Hierna was de dag ten einde en nam ik met trillende onderlip afscheid van de leraren en mijn klasgenootjes.
Eenmaal op weg naar huis vochten verschillende grote levensvraagstukken om voorrang in mijn hoofd. Zou ik mijn vriendjes, die naar een andere school zouden gaan, nog zien? Waarom was de naam Raider veranderd in Twix? Zou ik ooit een vriendin krijgen? Waarom ging Ruud Gullit niet mee naar het WK?
In de loop der jaren kreeg ik antwoord op deze prangende vragen, sommige antwoorden raakten me meer dan andere. Desalniettemin kan ik, 29 jaar later, concluderen dat de problemen van het 11-jarige jongetje als sneeuw voor de zon verdwenen. Overigens draag ik nog altijd witte sokken.
Maarten Princen