18 juni 2022 | Auteur: Désiré Kappert
Door de week meneer Jansen; in het weekend DJ Admin
‘Als hij het kan, kan ik het ook’, dát is wat hij zijn leerlingen wil meegeven
Hij was vroeger een verlegen en timide mannetje en staat nu als DJ op festivals en feesten over de hele wereld duizenden mensen te vermaken. Rick Jansen maakte een enorme groei en veranderingen door. Hij wil dan ook met zijn drive en doorzettingsvermogen een voorbeeld zijn voor veel kinderen. “Geloof in wat je wil bereiken en blijf er voor gaan, dan ben je al half op weg”, zegt de energieke en succesvolle DJ, die in het dagelijkse leven docent is op een middelbare school.
Vorige maand maakte Rick nog een wereldtour van ruim twee weken. Acht landen bezocht hij met meer dan tien optredens voor vaak uitverkochte zalen, discotheken of festivals. Dat was de invulling van Rick Jansen in de meivakantie. Waar collega-docenten uitrusten en leerlingen blokken voor hun examen of tentamen, reist de docent economie door drie werelddelen om zijn tweede baan uit te oefenen. Zie het bizarre leven van de succesvolle DJ die woont in Roermond, maar al meer dan 12 jaar lesgeeft aan de Philips van Horneschool in Weert.
Ik spreek Rick aan het einde van een lesdag in de school aan de Herenstraat. Hij oogt relaxt, is enorm spraakzaam en vertelt vol enthousiasme over zijn passies: lesgeven én ‘draaien’.
Je bent een actief baasje Rick, één brok energie. Heb je dat altijd gehad?
“Vroeger was ik een heel verlegen mannetje en wilde absoluut niet op de voorgrond. Meedoen met de musical op de lagere school beperkte zich tot een taak achter de schermen. Voor mij ook geen kinderkoortjes of toneelclubjes. De jonge Rick was introvert. Van mijn ouders heb ik – zo bleek later – wel het ‘ondernemende’ meegekregen. Na mijn middelbare school ging ik Internationale Bedrijfskunde studeren in Eindhoven. Een Heao-opleiding van vier jaar. Na twee jaar kwam ik erachter dat ‘het bedrijfswereldje niks was voor mij’. Toen ik dat besprak met mijn decaan waren er opties: ‘of we stoppen ermee of we gaan een stageplek zoeken die aansluit bij wat je wel wilt gaan doen’. Dat werd uiteindelijk een afstudeerstage op een school waar ik van de 40 uur per week, 20 uur werkte aan mijn scriptie en 20 uur mocht lesgeven. Daarmee had ik ontdekt waar mijn toekomst lag. Ik wilde kinderen iets meegeven, iets bijbrengen waar ze in hun leven iets aan hebben. Na de Heao heb ik nog de lerarenbevoegdheid gehaald met een speciale ’economie-opleiding’ om naast mijn economische kennis ook pedagogisch bekwaam te worden. En zo ben ik 12 jaar geleden hier op de Philips van Horne begonnen.”
Je geeft het vak economie en je vertelde dat je het vak leuker wilt maken. Leg dat eens uit.
“Doorgaans was het vak economie droog en saai. Ik geef les aan mavo- en havoleerlingen. Tot de 4e klas is economie een verplicht vak, daarna een keuzevak en zijn de leerlingen op een andere manier gemotiveerd. Lesgeven volgens de oude stempel past niet zo goed bij mij. Het patroon van lesgeven in de klas – dan een theoretische toets – en daaropvolgend een punt, wilde ik doorbreken. In de coronatijd waren de scholen gesloten en moesten we digitaal lesgeven. Dat was een ramp voor mij; wifiverbindingen die niet goed werkten, de helft van de klas die mij niet goed kon verstaan of zien, de kinderen waren vaak snel afgeleid of waren niet ingelogd. Slecht voor de motivatie, maar ook voor het effect op de leerlingen. Ik ben toen de lessen gaan filmen. Hier in de lerarenkamer heb ik mijn eigen camera neergezet en ben korte lessen gaan geven. Duidelijke uitleg over de essentiële zaken van het vak economie. Geen directe lessen uit boeken maar gewoon vertellen en daarbij voorbeelden en situaties uit de dagelijkse praktijk gebruiken als vergelijking. Die filmpjes heb ik op YouTube gezet. Die werden verrassend veel bekeken. En omdat kinderen in die leeftijd een korte spanningsboog hebben, maak ik de filmpjes ook niet te lang. Inmiddels kijken ook veel kinderen van buiten onze school naar de filmpjes. In de examenperiode keken bijna 100.000 kinderen naar mijn video’s!”
Maar je bent met de leerlingen ook actief op het ondernemersvlak.
“Enkele jaren geleden zat ik in het vliegtuig van London naar Hongkong. Die trip duurt 14 uur dus had ik tijd genoeg. Ik vroeg mezelf af, ‘wat moeten ze nu onthouden van het vak economie. Wat is rente, wat is winst, wat is rendement of productiviteit en natuurlijk ook tegenwoordig: wat is schaarste’. Al die ingrediënten komen samen bij het runnen van een bedrijf. Ik heb dat plan tijdens de vlucht uitgewerkt en voorgelegd aan de schoolleiding. Gezamenlijk zijn we het als project gaan opstarten met de leerlingen in de hogere klassen. En met succes. Ik leg de leerlingen de vraag voor: ‘tegen welke frustratie ben je onlangs aangelopen? Wat zou je kunnen bedenken om dat in de toekomst te voorkomen’. Daar komen heel bijzondere kwesties en dito oplossingen uit naar voren. We gaan ons afvragen ‘is die oplossing te realiseren en is er vraag naar in de markt? Hoe kunnen we dat doen en levert het ook geld op?’ Dan gaan we een ondernemersplan opstellen en gaat het balletje rollen. Prototypes maken, markt definiëren enzovoort. Zo zijn er al meerdere kleine bedrijfjes opgericht. Natuurlijk met wisselend succes. Maar belangrijke zaken blijven wel hangen. Aan het eind van het schooljaar houden we dan een ‘markt’ waar elke groep een kraampje heeft om hun eigen producten te presenteren aan familie en ‘aandeelhouders’. Na dat jaar weten ze of ze wel of geen bedrijfje willen. Heel leuk en vooral leerzaam. En het leuke is als leerlingen mij jaren later laten weten dat ze een echt bedrijfje zijn gestart. Dat is wat ik wil doen in het onderwijs: kinderen iets meegeven voor de toekomst.“
Parallel aan jouw baan als docent ben je zeer actief in de muziekwereld. Dat is nogal verbazend voor een mannetje dat verlegen en introvert was.
“Inderdaad. Dat had vroeger ook niemand verwacht. Naar mate ik ouder werd, kwam ik wat meer los. Mijn broer was van de techniek (werkt tegenwoordig in de ICT) en bracht vroeger een keer een dubbele cd-speler mee. Daarmee begon ik amateuristisch wat te ‘mixen’. En van het een kwam het ander. Op de tennisclub waar ik speelde, hadden ze tijdens een tenniskamp voor de jeugd een dj nodig, waarop ik naar voren werd geschoven. En daar is het begonnen. De volgende klus was in een jeugdcentrum in Maasbree. Op de eerste avond waar ik zou proefdraaien, speelde ik voorafgaand een tenniswedstrijd en ging ik door mijn enkel, die direct heel dik werd. Ondanks alle adviezen ging ik niet naar de Eerste Hulp maar ging ‘draaien’ in Maasbree en stond ik de hele avond op de pijnlijke enkel. Achteraf bleek dat ik mijn enkelbanden aan binnen- en buitenkant had gescheurd. Gevolg …vier weken gips. Maar vanaf dat moment wist ik ‘dit is wat ik wil’. Draaien wordt mijn toekomst. En dan gaat het snel. Feesten, bruiloften partijen, ik pakte alles aan. En het sloeg aan wat ik deed. Mensen waren enthousiast en ik voelde blijkbaar goed de sfeer en het publiek aan. Langzaam werd ik bekender en steeds meer gevraagd.”
Hoe krijgt zo’n hobby dan de wending en de omvang die het nu heeft?
“Ik begon als feest-dj. Sfeer maken, mensen een leuke tijd bieden. Dat bleef natuurlijk niet onopgemerkt. In 2012 gingen enkele jongeren in Leveroy een eigen festival organiseren, Outrageous. Ik kreeg daar de eer om te draaien op dit van oorsprong house-festival. Daarna werd ik door grotere festivals gevraagd. Daar kwamen discotheken bij. Eerst in Nederland, later internationaal. Je naam gaat dan snel rond. Mijn ouders vonden het wel aardig en hebben me vrijgelaten Ze zeiden: ‘wij ondersteunen je en laten je helemaal vrij.’ Zij hebben geen ervaring in de muziekbranche dus moest ik het wel allemaal zelf uitvogelen. Gelukkig heb ik het allemaal zelf opgebouwd en heb ik nu geen schulden aan hen.
Ik bleek erg goed in staat om het publiek ‘te lezen’ en muziek te draaien die aanslaat. Je naam gaat dan snel rond. In 2018 werd ik gevraagd om te draaien tijdens de Formule 1 Grand Prix in Oostenrijk. Dat circuit is eigendom van Red Bull, de hoofdsponsor van het team van Max Verstappen. Daar waren dat jaar veel Nederlanders… heel veel. Bleek dat ik dat enorm onderschat had. Ik ging uit van enkele honderden Max-fans. Tot ik tegenover de oranje-tribune kwam te staan met 18.000 fans. ‘Oh my God! Wat ga ik hier mee doen, wat wordt mijn koers?’, was mijn eerste gedachte. Ik ben ze gaan vermaken. Sfeer opbouwen, van Snollebollekes tot populaire muziek in aparte versies met lekkere beats eronder. Op een bepaald moment stond de hele tribune te springen en te dansen. Een enorm hoogtepunt. Een jaar later mocht ik weer.”
DJ ben je meestal in de weekends. Door de week moet je weer voor de klas staan en gedisciplineerd je leerlingen iets bijbrengen.
“Ja dat is een enorm contrast. Ik denk dat ik dezelfde persoon ben maar het zijn wel totaal andere rollen. Ik ben een gezonde ADHD’er en bruis van energie, maar ik sta ook voortdurend ‘aan’. De twee banen zijn nog goed te combineren omdat beide zaken mij meer energie opleveren dan het kost. Tot eind vorig jaar heb ik bij mijn ouders gewoond en werd alles voor me geregeld. Dan kwam ik zondagavond laat thuis uit bijvoorbeeld Thailand waar ik drie optredens had, dan stond op donderdag mijn tas weer klaar voor het volgende weekend. Zodoende kon ik maandag ook onbezorgd weer naar school om les te geven. Ik werd door mijn ouders wel in de watten gelegd. Ondertussen heb ik een eigen huis en daar komen natuurlijk verantwoordelijkheden bij.
In mijn job als dj ervaar ik weinig stress omdat ik alles zelf regel. Mijn vluchten, de tickets, de transfers en de hotels. Ook mijn reisdocumenten regel ik zelf. Dan weet ik dat het goed is en hoef ik daar geen stress over te hebben. Vorige maand maakte ik een wereldtour van twee weken via Australië en Singapore naar Maleisië. Alles moet dan precies getimed en gepland zijn anders gaat het fout. Door het zelf te doen voorkom je afhankelijkheid en stress. Door de drukte als dj ga ik vanaf volgend schooljaar nog drie dagen werken, zodat de maandag en de vrijdag mij meer ruimte geven voor mijn tweede baan. Want dat is het inmiddels, een hobby die uitgegroeid is tot een baan.
Natuurlijk is het niet allemaal rozengeur en mannenschijn en heeft ook deze job schaduwkanten.
“Natuurlijk. Mensen zien vaak alleen de glitter en de glamour. Maar er is meer. Ik zeg wel eens: ‘in dit vaak ben je nooit alleen maar vaak eenzaam’. Het is kicken om op grote festivals te draaien maar ik ben heel veel onderweg en meestal alleen. Ik heb geen manager en reis het liefste alleen, omdat ik dan van niemand afhankelijk ben. Het is ook geen sociaal wereldje en de meeste tijd ben ik in het buitenland. Maar het is een fantastisch bestaan. Aan de andere kant ben ik bijna alle weekends weg. Ik had vorig jaar ruim 150 optredens. Laatst bleek dat ik nog nooit op de verjaardag van mijn beste vriend geweest was.
En luxe went, echt. Die luxe kun je niet doortrekken naar je privé. Ik ben niet het ‘mannetje’ dat vaak gedacht wordt. Mensen hemelen je vaak op omdat je een bepaalde status hebt, maar dan word ik ongemakkelijk. Ik ben nog steeds dat eenvoudige jong. Maar ben ondertussen wel gewend aan alle aandacht. Dat gebeurt er wel met je.”
Hoe zien de komende jaren eruit?
“Er waren enkele dingen die ik gedaan wilde hebben. Een daarvan was draaien in de befaamde Club Pacha, maar ook op Ultra Music Festival en op ons eigen Limburgse Solar. Maar ook in enkele grote discotheken ‘all over the world’. Dat heb ik inmiddels allemaal bereikt. En voor dit jaar heb ik een overeenkomst om op bijna alle Formule 1 Grand Prix-races te draaien voor de oranje-fans. Ik word ingehuurd door Tour-operator Stip Reizen en door Verstappen Travel. Dat zijn dan de vrijdag, zaterdag en zondag. In het laatste weekend van mei mocht ik draaien bij de race in Monaco. Overdag langs het circuit en ’s avonds op een enorm jacht van een miljonair. Verder staat me in juli nog een hoogtepunt te wachten, het Ultra Europe festival in Split Kroatië. Dat is het grootste festival ter wereld. Ook dat wordt een geweldige ervaring.
Verder wil ik blijven doen wat anderen niet doen. Zowel als dj, als in het onderwijs. Met mijn dj-carrière wil ik kinderen meegeven dat ze zien dat wanneer er een wil is, er vaak ook een weg is. Ik ben a-muzikaal en kan geen maat houden, maar heb het door creativiteit en inzet wel tot hier gebracht. Ik hoop dat mijn leerlingen soms even denken ‘Als hij het kan, kan ik het ook’. En als ze daar dan energie uit kunnen halen, ben ik tevreden.”