Wat zou jij doen met… Je bejaarde ouders?

De grijze golf in Nederland groeit. Het is van belang dat mensen goed en vitaal ouder kunnen worden en actief en betrokken kunnen blijven. Senioren leveren een grote maatschappelijke bijdrage als vrijwilliger, mantelzorger en kinderoppas en vormen een onmisbare schakel in de samenleving. Maar naar verwachting zal de komende twintig jaar het aantal 80-plussers in Nederland stijgen van 800.000 naar twee miljoen en het aantal dementiepatiënten van 270.000 nu tot een half miljoen.
Het Sociaal en Cultureel Planbureau waarschuwde enkele jaren geleden al dat al deze mensen zo lang mogelijk zelfstandig laten wonen een enorme druk op mantelzorgers en professionele zorg zou gaan leggen. 

Nu zijn er voor blijvende intensieve zorg verpleeg-/verzorgingstehuizen, maar mensen stellen tegenwoordig steeds hogere eisen aan wonen en aan zorg. Dure particuliere zorgaanbieders kunnen hieraan voldoen. Maar dat werkt een groeiende kloof tussen arm en rijk in de hand.
Misschien is het tijd voor een bejaardenhuis nieuwe stijl? Vroeger had elk dorp een eigen bejaardentehuis. Niet altijd zaligmakend maar een reële optie als het leven thuis te ingewikkeld of eenzaam werd. In een bejaardenhuis nieuwe stijl zouden de bewoners de keuze moeten krijgen: Zelfstandig wonen in een appartement of in een zorgunit met intensieve verzorging, eten in een restaurant of zelf koken. Met als extra faciliteiten een thuiszorgcentrum, een huisartsenpraktijk, fysiotherapie, een geriater maar ook sportmogelijkheden en een bioscoop. 
Welke alternatieve woon- zorgvormen zijn er nog meer voorhanden?

Ozlem Muftuoglu

Ozlem Muftuoglu (47)mantelzorger voor haar moeder

Ik ben een Turkse Nederlander en woon sinds 1980 zeer gelukkig in Nederland. Met mijn man en kinderen staan wij als gezin op verschillende markten met olijven, tapas en andere heerlijke hapjes. 
Mijn vader is sinds 2013 niet meer onder ons. Wij hebben nu alleen mijn moeder nog. Zij kan niet meer lopen en is geheel afhankelijk van ons. 

In onze cultuur hebben wij geleerd om er altijd te zijn voor je ouders en familie. Dus is het vanzelfsprekend dat wij de zorg zoveel mogelijk zelf intern regelen.  Ik doe dat samen met mijn broers en hun vrouwen en ook de andere gezinsleden helpen allemaal mee. Gelukkig komen ook kennissen en vrienden regelmatig langs voor wat gezelschap. Alle beetjes helpen. 

Een verzorgingshuis zou een teleurstelling zijn voor onze moeder en misschien als een belediging voelen. Wij zouden daar zelf ook geen rust mee hebben. 
Het is niet altijd gemakkelijk om het goed te doen maar wij doen ons best, doen het graag, en het is het zeker waard. Net zo vanzelfsprekend als wij alle zorg voor onze kinderen op ons nemen doen we dat ook voor onze ouders. Eerst hebben onze ouders voor ons gezorgd, nu is de beurt aan ons. Wij genieten nog van iedere dag dat ze er is. 

Henry Smeets

Henry Smeets (59), manager Facilitaire Zaken Land van Horne

In mijn werk bij Land van Horne ben ik o.a. verantwoordelijk voor het vastgoed. We bieden in 17 locaties zorg en huisvesting aan ouderen. Ik denk dat er vanwege het groeiend aantal 80-plussers, die steeds meer vereenzamen, in combinatie met het toenemend personeelstekort, een transitie moet plaatsvinden van institutionele verpleeghuiszorg naar wonen in de samenleving. Er is behoefte aan veilige, kleinschalige, geclusterde woonvormen, midden in de wijk waar ouderen nu wonen. Woonvormen waarin jong en oud kriskras door elkaar woont, met aandacht voor groen en zodanig ingericht, dat men elkaar bewust of spontaan ontmoet en naar elkaar omkijkt. 

Met zo’n woonconcept streven we naar een vitale leefgemeenschap voor mensen die bewust kiezen voor een dorpsgerichte gemeenschap, die ouderen behoud van hun zelfstandigheid biedt en waarin echtparen kunnen blijven samenwonen.

Op dit moment onderzoeken we met de gemeente, woningcorporaties en andere zorgorganisaties hoe, waar en met wie wij zo’n woonconcept in Weert kunnen realiseren. Ik weet dat we hiermee niet alle vraagstukken zomaar oplossen, zo zullen we het schrijdende personeelstekort in de zorg helaas moeten accepteren. Maar ik hoop dat ik lezers kan inspireren en aanmoedigen om straks deel uit te gaan maken van dit mooie initiatief, als professional of als vrijwilliger.

Brenda Wijen – Van Lierop

Brenda Wijen – Van Lierop (43), gaf haar kinderopvang op en werd mantelzorger

Het afgelopen jaar hebben wij het ouderlijk huis van mijn man overgenomen. Gelukkig is er veel plek want wij wonen er inmiddels (na een fikse verbouwing) met onze twee kinderen Toke en Maan, mijn schoonouders én mijn vader. 

Mijn vader kan helaas niet meer zelfstandig wonen doordat hij een CVA (beroerte) heeft gehad. Ik ben nu fulltime mantelzorger en dat bevalt ons erg goed. Het is hier druk en gezellig. Er is altijd wel iemand thuis en de kinderen hebben alle grootouders onder één dak, heel bijzonder.

Iedereen heeft een eigen woning met een eigen voordeur. Uiteraard kunnen we binnendoor ook overal komen. Op deze manier kunnen onze ouders zelfstandig blijven wonen, met veel privacy en hulp indien nodig. Een mooiere oplossing is er voor ons niet. Ook voor onze kinderen is het goed om te leren naar elkaar om te kijken en elkaar te helpen.

Als mensen horen hoe we wonen kijken ze er vaak van op, maar vroeger was dit heel normaal. Het zou fijn zijn als deze manier van wonen weer een beetje ‘in de mode’ komt. Onze ouders hebben vroeger heel goed voor ons gezorgd (en nóg trouwens) en nu is het onze beurt. Eigenlijk zorgen we gewoon voor elkaar.