28 oktober 2023 | Auteur: Ton Adriaens
Rodinde Rutjens: ‘Wie wil zoekt mogelijkheden en wie niet wil zoekt een reden’
In 2019 werd Rodinde Rutjens (26) in Kisbér-Ászár (Hongarije) voor het eerst wereldkampioen ponytweespannen. Deze wereldkampioenschappen worden om de twee jaar georganiseerd en in 2021 herhaalde ze dit succes in het Franse Haras du Pin. In september 2023 werd de jonge Weertse zelfs voor de derde keer op rij wereldkampioen. Een prestatie van formaat!
Rodinde kreeg het paardrijden en het mennen met de paplepel ingegeven. Haar vader Riny Rutjens werd meerdere keren Nederlands kampioen en behaalde in 2003 de wereldtitel in deze bijzondere tweespansport. Moeder Jolanda noemt ze ‘de beste groom (vaste verzorger van paard en ruiter) ter wereld’. Moeder zit ook altijd achter op de koets, wat bij de marathon heel belangrijk is voor de balans in de bochten.
Al op driejarige leeftijd kreeg Rodinde haar eerste paard: Spoekie, een zwarte shetlander. Rond haar vijfde levensjaar mende ze voor het eerst een tweespan pony’s. Er werd voor haar een speciale koets gebouwd waarbij de zitplaats moest worden aangepast zodat ze met haar voeten bij het rempedaal kon komen.
Vanaf haar achtste reed deze amazone op een groot paard en nam deel aan springwedstrijden. Ze koos uiteindelijk voor het tweespan en is nu een internationale topper en gewaardeerd lid van TeamNL.
Waar het allemaal begon
Mijn ouders zijn in 1995 vanuit Someren hier aan de Koekoeksweg in Weert hun paardenbedrijf Rijo Stables begonnen. Ik ben in Weert geboren maar die Somerense roots zitten er in ons gezin zo nadrukkelijk in dat ik als kind verkondigde dat ik in het ziekenhuis van Someren was geboren. Maar dat was natuurlijk gewoon hier in Weert. Someren heeft niet eens een ziekenhuis.
Ik ben opgegroeid tussen de paarden. Mijn hele leven bestaat uit paarden, paarden en paarden.
Zodra ik uit school kwam, sprong ik op een pony en reed dan zonder zadel of ging spelletjes doen in de stapmolen waarbij ik de pony allerlei opdrachtjes liet uitvoeren. Veel vriendjes van basisschool Leuken had ik niet omdat ik altijd met de paarden bezig was.
Na de basisschool ging ik naar de brugklas havo/vwo van het College. Ik kreeg al vrij snel de LOOT-status waardoor ik bepaalde vakken niet hoefde te volgen en individuele toetsmomenten had. Op school deed ik erg mijn best om goede punten te halen wat me vrij goed afging. Daarvoor stond ik wel om zes uur ’s morgens op om huiswerk te maken en te leren, om half negen naar school en als ik weer thuiskwam meteen de stal in om te trainen.
Pestgedrag
In het tweede leerjaar op het College begonnen enkele van mijn klasgenootjes met pesten. Ik was een buitenbeentje, was best wel verlegen en niet echt in staat voor mezelf op te komen. Daarbij kreeg ik de ziekte van Raynaud. Bij deze ziekte gaan je vingers ernstig verkleuren door een slechte doorbloeding. De aanleiding kan kou zijn maar ook emoties zoals stress. Ook dit werd aangegrepen om mij voor de gek te houden en uit te schelden. Het maakte mij heel verdrietig en ik voelde me machteloos. Je gaat het bij jezelf zoeken, dat jij minder waard bent. School werd voor mij een hel maar bij de paarden kon ik de ellende van school van me afzetten. Thuis was mijn veilige haven. De Rodinde van school was een totaal andere Rodinde dan bij de paarden. Bij het mennen moet je zelfverzekerdheid uitstralen en dat lukte mij altijd.
In het derde jaar werd het pesten nog erger. Toen ik ontdekte dat er een opleiding in de paardensport was, waar je met een mavodiploma terecht kon, verdween mijn motivatie om de havo af te maken. Terwijl ik gemiddeld ruim een acht stond ben ik overgestapt naar de mavo op de Philips van Horne.
Na de mavo ging ik naar de opleiding Paardensport aan het Citaverde College in Roermond. Dat was een bbl-opleiding, een dag naar school vier dagen opleiding in de praktijk hier thuis. Met mijn vader als trainer was dit de beste stageplek die ik kon hebben. Ik zat toen al in het Nederlands team en reed individuele wereldkampioenschappen.
Paarden zijn eerlijker dan mensen
Het zijn de paarden die mij mijn zelfvertrouwen hebben teruggegeven. Een paard is eerlijker dan een mens en oordeelt niet. Een paard is enorm intelligent, kijkt dwars door je heen en voelt hoe jij bent.
Ik was acht toen hier een grote vierjarige hengst binnenkwam. Die zijn op die leeftijd niet echt betrouwbaar en best wel wild. Toch ging ik hem oppoetsen. Hij deed netjes zijn hoofd omlaag zodat ik hem een halster om kon doen en hij liet mij mijn gang gaan. Binnen de kortste keren kon ik hem berijden terwijl hij bij anderen bokkig werd of zijn ruiter zelfs afwierp. Vanaf het eerste moment had ik een band met hem; bij mij was hij poeslief.
Ons beroep is talentvolle paarden en pony’s kopen, ze klaarmaken voor dressuur en voor de koets en ze dan weer wereldwijd verkopen. Van deze hengst, Vegro, kon ik echter geen afscheid nemen. Van mijn spaargeld ‘kocht’ ik hem van mijn vader. Vegro is nu 21 en staat nog steeds hier op stal. Hij is in de koets altijd onze steunpilaar bij het mennen van jonge paarden. Vegro blijft rustig en brengt die rust ook over op het jonge paard naast hem in het span.
Max Verstappen
Van jongs af aan heb ik mezelf als doel gesteld de wereldtop te halen in de paardensport. Op de basisschool moesten we in groep 4 of 5 de vraag beantwoorden ‘Waar sta jij over tien jaar?’ Toen schreef ik al ‘Wereldkampioen springen en wereldkampioen mennen’.
Mijn vader is altijd mijn trainer geweest. Er telde maar één plaats en dat was de eerste plaats. Hij was best wel hard voor mij. Daarom wordt er door anderen nogal eens de vergelijking gemaakt met de opvoeding van Max Verstappen. Ook mijn vader zou in staat kunnen zijn mij ergens bij een tankstation achter te laten. Hij was streng en bijzonder kritisch maar dat is nodig om de top te halen. Complimenten kreeg ik zelden of nooit terwijl hij best wel trots op mij was maar dat sprak hij alleen tegen anderen uit.
De ‘harde’ aanpak in de training van paarden heeft nogal eens ter discussie gestaan. Welke trainingsmethode hanteer jij?
Ieder paard heeft een andere aanpak nodig. Soms is een corrigerende tik nodig want een paard moet weten wie de baas is maar belonen werkt nog altijd beter dan straffen. Met geweld of mishandeling bereik je helemaal niks. Helaas komt dat nog steeds voor. In Spanje heb ik daar gruwelijke voorbeelden van gezien. Een Spaanse jongen heeft een jaar hier bij mij getraind. Hij had hier ook drie pony’s staan. Als ik de stal in kom, komen al mijn pony’s met hun kopjes naar voren om mij te begroeten. Zijn pony’s deden dat bij hem niet. Die hadden een verleden en waren angstig. Ik heb hem duidelijk gemaakt dat hij zijn paarden meer liefde moest geven. Het heeft bijna een jaar geduurd voordat hij die band met zijn pony’s had opgebouwd.
Wij vinden dat je een paard met respect moet behandelen. Als je een paard aandacht en liefde geeft, krijg je dat ook terug. Het met de zweep ‘aantikken’ van een paard in een span is wat een ruiter met zijn benen doet. Dat is geen slaan, het zijn aanwijzingen bij het draaien. Een knuffel, een aai, liefde geven dat is wat werkt bij een paard.
Hoe word je wereldkampioen bij de ponytweespannen?
Zeven dagen in de week trainen! Het beste uit jezelf halen, zorgen dat je paarden optimaal fit zijn, de beste materialen gebruiken, een goede hoefsmid en een goede veearts. Het is de combinatie van kennis, techniek, gevoel en ervaring. Je moet er veel tijd en energie in steken. Wie echt wil zoekt naar de mogelijkheden om een doel te bereiken en degene die het niet kan opbrengen zoekt naar een reden om iets niet te doen.
Een wereldkampioenschap bestaat uit drie onderdelen: dressuur, de marathon en de vaardigheidsoefening. Met name tijdens de marathon kan het mentaal en fysiek heel zwaar zijn voor de paarden maar ze gaan voor mij door het vuur vanwege de speciale band die ik met mijn paarden heb.
Voor mezelf heb ik de hulp ingeroepen van mental coach Carin Camp uit Kelpen-Oler. Dat begon in 2019 toen ik op moest voor mijn vrachtwagenrijbewijs. Dat bezorgde me faalangst, een angst die me ook wel eens parten speelde tijdens de Nederlandse kampioenschappen. Zij leerde mij wat ‘vlekjes uit het verleden’ weg te werken en te focussen op mijn doelen.
Internationale klantenkring
Naast de wedstrijdsport en de in- en verkoop van paarden bestaat mijn werk uit het opleiden, mennen en wedstrijd-klaarmaken van pony’s. Door mij opgeleide wedstrijdpony’s gaan de hele wereld over. Daarnaast verzorg ik samen met mijn vader clinics, trainingen en shows, meestal in Europa maar ook in Amerika en Australië. In Canada gaven we gedurende enkele weken les aan 250 mensen. Dat was een geweldige belevenis.
Ook heb ik hier op ons bedrijf lesklanten ontvangen uit Italië, Ierland, Spanje en Nicaragua.
In Weert kent niemand mij maar in de internationale paardensport kent iedereen mij.
Internationaal is de sport heel groot maar in Nederland krijgt het mennen te weinig media-aandacht. Dat is jammer want als mensen eenmaal een wedstrijd hebben meegemaakt worden ze vaak heel enthousiast. Omdat het een erg dure tak van sport is heb ik een groep sponsoren die mij steunt. Tijdens het laatste wereldkampioenschap in Oirschot heb ik die uitgenodigd. Toen zagen zij pas hoe groot mijn sport is.
Nog bijzondere anekdotes?
Op Koninginnedag 2011 bracht de hele Koninklijke familie een bezoek aan Weert. Mijn vader en ik gaven in het stadspark demonstraties waarbij (toen nog kroonprins) Willem-Alexander zelfs een rondje meereed op de marathonwagen van mijn vader. Als dertienjarige had ik intussen een heel leuk gesprek met prinses Maxima.
Toen mijn vader nog internationaal reed ging ik als kind met hem mee naar speciale paardenevents zoals het Concert Hippique van de Academy Bartels in Hooge Mierde. Daar kwamen ook BN’ers als Herman van Veen, Wibi Soerjadi en Trijntje Oosterhuis. Erg leuk om die te ontmoeten.
Hoogtepunt in je carrière? Dieptepunt?
Natuurlijk zijn de wereldkampioenschappen hoogtepunten in mijn carrière. Vooral het laatste kampioenschap want er deden zich de nodige strubbelingen voor in het traject ernaartoe.
Vorig jaar logeerden hier de hele zomer twee kinderen uit Italië en Spanje die ik moest klaarstomen voor het EK Jeugd. De een won een zilveren en de andere een bronzen medaille. Dat maakt mij dan ook supertrots. Op ieder kampioenschap waar ik rijd kom ik paarden tegen die ik heb opgeleid.
Een dieptepunt was voor mij het plotseling overlijden van een van mijn beste pony’s tijdens de voorbereiding op het wereldkampioenschap.
Wat doe je naast de paardensport?
Ik heb nergens anders tijd voor. Wil ik ook niet. Trainen, lesgeven, wedstrijden dat is mijn leven. Voor wedstrijden en lesgeven reis ik de hele wereld over maar op vakantie ben ik misschien een of twee keer geweest. Ik kom ook bijna nooit hier in de stad. In de tijd dat Joost Arts in café De Harmonie zat, heb ik daar nog wel een blauwe maandag achter de bar gestaan. Maar dat kwam omdat zijn vrouw Tamara ook in de paardensport zat en heel lang groom is geweest bij mijn vader. Zij was in mijn kinderjaren ook mijn oppas.
Wat ik wel nog graag doe is vrachtwagen rijden. Met mijn vrachtwagen met daarin drie koetsen en drie pony’s rij ik door heel Europa naar wedstrijden. Omdat ik vrachtwagen rijden zo leuk vind, rij ik soms bijzondere transporten voor een bevriende relatie, puur voor de lol.
Af en toe bezoek ik een concert. Zo ben ik naar Robby Williams, Bon Jovi en Guns and Roses geweest. En Vrienden van Amstel is ieder jaar een vast dingetje, samen met mijn moeder en een aantal vriendinnen: ons vrouwenuitje.