5 januari 2021 | Auteur: Ton Adriaens
“Radio maken is lekker anoniem zijn”
Marco Stals (49) is een rustige bescheiden man. Behalve als hij achter zijn draaitafel zit. Al 33 jaar is hij radio-dj bij WeertFM. Iedere vrijdagavond verzorgt hij van zeven tot negen het programma ‘Op zien Limburgs’. Twee uur lang Limburgstalige liedjes afgewisseld met telefonische interviews met artiesten uit Limburg van Mook tot Maastricht. Deze hobby is zijn lust en zijn leven. Van professie is hij hovenier in een zeer bijzonder werkveld. Voor een internationaal opererend bedrijf ‘vergroent’ hij leef- en werkomgevingen. Zijn werkgever is dé specialist op het gebied van interieurbeplanting en verticaal groen. Maar zij leveren ook kerstdecoraties. In deze kersttijd zijn het natuurlijk de kerstversieringen die het meeste werk vragen. Met ‘mooi mens’ Marco Stals sluiten wij het jaar 2020 in kerstsfeer af.
Over Weert FM
Hoe ben je bij Weert FM terechtgekomen?
‘Eind jaren tachtig zat ik met mijn ouders en mijn zus op tweede kerstdag bij oma. De radio stond afgestemd op de lokale omroep S.L.O.W. (later Streekomroep Weert en nu Weert FM). In die tijd werd de A2 verder ten noorden van Weert omgeleid en door presentator Jan Leenders werd de (prijs)vraag gesteld wat de naam was van deze omleiding. Ik wist het antwoord: Slingertracé. Ik mocht bellen en ik won! Samen met mijn zus ging ik naar de studio om mijn prijs op te halen. Wat het was weet ik niet meer maar al de apparatuur die daar stond maakte heel veel indruk op mij. Ik was een jaar of zestien en net zoals vele jongeren in die tijd zat ik thuis al te klooien met cassetterecorders om zelf liedjes op te nemen en van aankondigingen te voorzien. In de studio keek ik mijn ogen uit en vroeg ik of ik nog eens terug mocht komen. Van het een kwam het ander. Ik mocht plaatjes op de platenspeler ‘op scherp zetten’, kabels aansluiten en technische programmavoorbereidingen uitvoeren. Alle programma’s werden toen nog voor het archief opgenomen met een Revox bandrecorder op oude orkestbanden uit de Telstarstudio van Johnny Hoes. Ook daaraan mocht ik meewerken. Later ging ik ook specifieke cursussen volgen om me als technicus te bekwamen in het werk in de studio.’
Wat was je voor een jongen in die tijd?
‘Ik was een vrij rustige jongen, geen echte stapper. Op Boshoven was ik tamboer bij de schutterij, en dan ging je naar café Spijk (Stijnen). Ook ging ik af en toe naar discotheek Madeira in Nederweert. Eigenlijk ben ik nog steeds die rustige jongen. Ik heb er lang over nagedacht of ik aan dit interview wilde meewerken omdat ik liever niet in de schijnwerper sta. Ik doe mijn ding, ook als dj in een feestzaal, het liefst in alle rust en aan de zijlijn. Een radioprogramma presenteren is iets anders. Dan zit ik in mijn eigen bubbel. Daarin kun je je verschuilen achter je draaitafels maar je ook wat brutaler opstellen. Radio maken is lekker anoniem zijn.’
Welke programma’s heb je in de loop van de tijd gepresenteerd?
‘Mijn eerste activiteit achter de microfoon was Marco Stals: ‘Radio maken is lekker anoniem zijn’ het voorlezen van de regionale sportuitslagen op zondagmiddag. Doodzenuwachtig was ik. Het eerste eigen programma dat ik ging presenteren was De Streekweek. Maurice Hendrikx deed de techniek. Op dinsdagavond ontvingen wij dan in de studio een min of meer bekende gast uit Weert of omgeving die enkele liedjes mocht kiezen en dan bespraken we tussen de nummers door iets uit de actualiteit van die week. Daarnaast deed ik de techniek bij de legendarische Frits Manders. Hij verzorgde toen al het programma ‘Op zien Limburgs’. Van Frits heb ik enorm veel geleerd. Geleidelijk mocht ik van hem dit programma overnemen. Aanvankelijk stelde hij het nog samen en het was zo rond de eeuwwisseling dat ik het helemaal zelf mocht doen. In die twintig jaar heb ik mijn eigen stijl steeds verder kunnen ontwikkelen maar zonder Frits als leermeester was ik nooit zo ver gekomen.’
Hoogtepunten uit je carrière als radiomaker?
‘Op een zondagmiddag in juni 2011 mocht ik de duizendste uitzending van ‘Op zien Limburgs’ vanuit een mobiele studio op de markt in Weert presenteren. Dat was een geweldige happening waar artiesten uit heel Limburg belangeloos hun bijdrage aan kwamen leveren. Ook de avondvullende live-uitzendingen vanuit De Dirigent en later vanuit de Gotcha! zie ik als hoogtepunten. Daar traden toppers op als Frans Pollux, Beppie Kraft of Franz Theunisz. Ik herinner mij een optreden van Fabrizio, enorm populair met het nummer ‘Sjiek is miech dat’, het was stampvol bij de Gotcha! en er stonden nog honderden mensen buiten.’ Heb je een voorbeeld in de dj-wereld? ‘Frits Spits is absoluut de beste radiomaker van Nederland. Daar probeer je natuurlijk dingen van op te pikken. Ook ‘De Staat van Stasse’ van Stefan Stasse op NPO Radio 2 vind ik een geweldig programma. Aan muziekprogramma’s op de radio waarbij de presentator het samen met zijn sidekick héél gezellig heeft en meer tijd besteed aan ‘geouwehoer’ dan aan plaatjes draaien erger ik me dood. Ik luister liever naar Radio 2 dan naar Radio 538.’
Weert FM heeft naast radio ook een tv-poot. Ben jij daar ook bij betrokken?
‘Wij verzorgen inderdaad ook de live tv-uitzendingen van de raadsvergaderingen van de gemeente Weert en we hebben iedere zondagmiddag van twee tot vijf het actualiteitenmagazine Weert FM Take Away. Dit is een live tv-programma waarin gasten aan het woord komen over alles wat er speelt in het Weerterland. Maar dit is een andere tak van sport, ik beperk me tot het radiodeel.’
Hebben jullie enig idee over het aantal luisteraars of kijkers?
‘Onze inschatting is dat we een vrij groot bereik hebben. We hebben ooit een kijk- en luisteronderzoek willen doen maar dat is een kostbare zaak. We baseren ons dus op het aantal reacties dat we krijgen van onze kijkers en luisteraars. Wij zenden zeven dagen per week, vierentwintig uur per dag uit en daarin is er voor iedere doelgroep wel een programma.’
Over je werk als hovenier
Je bent geen huis- tuin- en keukenhovenier. Wat is de spectaculairste opdracht waaraan jij hebt gewerkt?
‘Dat was ongetwijfeld de volledige aankleding van het cruiseschip Harmony of the Seas van Royal Caribbean, een rederij uit Florida. Dit schip heeft achttien etages, is 362 meter lang en 47 meter breed met echt alles erop en eraan: zwembaden met onder andere de langste glijbaan op zee waarop je zeven verdiepingen naar beneden glijdt, restaurants, bars, theater, casino, indoor sport- en entertainmentruimtes, complete winkelstraten. Het biedt plaats aan 5.478 passagiers en er zijn meer dan 2000 crewleden aan boord.
Het werd gebouwd op een werf in St. Nazaire, Frankrijk. De opdracht kwam binnen via de Amerikaanse vestiging van ons bedrijf en met een ploeg van vijftien medewerkers gingen we vanuit Nederland daar aan de slag. Planten, potgrond alles kwam in grote containers uit Nederland. We werkten daar van ‘s morgens vroeg tot ’s avonds laat aan het inrichtingsplan. Slapen en eten deden we op het schip. Waterpartijen met beplanting, groenwanden, een ‘central park’ met bomen en enorme bloembakken, je kunt het zo gek niet noemen of het is er door ons gerealiseerd en het leverde prachtige plaatjes op.
Maar ook het werk in het UMC in Maastricht of in perscentrum Nieuwspoort in Den Haag spreken tot de verbeelding. Als ik op tv een journaaluitzending over een strafproces zie vanuit de rechtbank in Roermond en de verslaggever staat naast ‘mijn’ planten in het gerechtsgebouw dan vervult me dat met enige trots. Mijn specialiteit ligt in de aankleding van grote panden. Een goed voorbeeld is de DSM-campus in Geleen waar we inpandig vijvers hebben aangelegd en bomen hebben geplaatst. Verder ben ik voor Zuid-Nederland degene die voor ons bedrijf de geurbelevingen installeert. Met geur kun je mensen in een bepaalde stemming brengen. Van mandarijn bijvoorbeeld worden mensen rustig. De geur van de Granny Smith appel wordt vaak gebruikt om ongewenste geurtjes te maskeren.’
Je beste prestatie?
‘Ik doe dit werk nu 21 jaar en ik ben er het meest trots op dat ik bij mijn servicewerkzaamheden nu nog steeds planten tegenkom die ik 21 jaar geleden geplaatst heb. Het lijkt heel eenvoudig maar onderhoud is meer dan met een gietertje langs plantenbakken lopen. Klimaatbeheersing, ongediertebestrijding, de juiste voedingsstoffen in de juiste hoeveelheden, het speelt allemaal een rol.
Wat zijn jouw wapenfeiten op het gebied van kerstversiering?
‘Wij leveren kerstbomen van een tot zestien meter hoog, volledig opgetuigd. Let wel, het zijn niet van echt te onderscheiden kunstbomen. Echte kerstdennen zouden namelijk iedere tien dagen opnieuw geïmpregneerd moeten worden om aan brandveiligheidseisen te voldoen. Dan zouden dus alle kerstballen en overige versieringen er steeds uitgehaald moeten worden. De kerstbomen die je nu in deze decembermaand bij de ABN-AMRO Bank in Weert en in het gemeentehuis ziet staan, komen van ons bedrijf. In de hal van het stadhuis in Weert staat een boom van 4.25 meter en ik nodig iedereen uit om te gaan kijken; hij is niet van echt te onderscheiden. Met de plaatsing en aankleding zijn we met drie personen een dag bezig geweest.’
Privé
Besteed je thuis ook extra aandacht aan de kerstversiering?
‘Ik heb twee kinderen, Guusje (9) en Daantje (7), twee dochters waar ik enorm trots op ben. Als huisvader heb ik het naast mijn werk en mijn hobby behoorlijk druk. De helft van de tijd zijn mijn kinderen bij mij en de andere helft zijn ze bij mijn ex. Dat hebben we gelukkig goed kunnen regelen. Van de tijd die ik met mijn meiden mag doorbrengen kan ik echt genieten. Sinterklaas is voor kinderen natuurlijk een geweldig feest maar al op zes december haal ik de kerstspullen van zolder. Sfeerbeleving hier in huis vind ik in de kersttijd erg belangrijk.’
Zijn Guusje en Daantje trouwe luisteraars van jouw programma of hebben zij totaal andere muziekkeuzes?
‘Het is niet zo dat zij warmlopen voor Limburgstalige muziek. ‘Vastelaovundjmeziek’ vinden ze wel schitterend. Daantje is een grote fan van zangeres Marleen Rutten die ze in de studio van Weert FM een keer heeft ontmoet maar ook van Christel van W-Dreej. Ik luister zelf naast mijn programma-activiteiten ook nauwelijks naar Limburgstalige muziek. Mijn voorkeur gaat uit naar pop- en rockmuziek uit de jaren tachtig. De vonk van achter een microfoon zitten is wel een beetje overgeslagen. Zo heeft Guusje een jingle voor mij ingesproken waarmee ik regelmatig mijn programma op vrijdag open. Zij kondigt mij dan aan met: ‘Noow keumptj mien pap op de radio!’ of een variant daarop. En ze spreken alle twee ook ringtones in voor bekenden en familie. ‘
Kerst en muziek, welke tips ga jij ons meegeven?
‘Mijn favoriete nummer is ‘Something About Christmas Time’ van Bryan Adams. Maar mijn radioprogramma op Eerste Kerstdag is zeker ook het luisteren waard. Ik draai daarin van zeven tot negen kerstmuziek van Limburgse bodem. Je hoort dan bijvoorbeeld Driving Home For Christmas van Chris Rea in de dialectversie van Ronald Pijls. Of Erwin vaan ’t Merretkoer en Zoeper, een punkcarnavalsband uit Maastricht, die samen ‘Noets mie knien’ zingen, de dialectversie van het nummer Fairytale of New York van The Pogues. Ook het alternatieve kerstlied in het Limburgs dialect ‘Vleddig Kerstfees’ van de groep Vleddig komt langs. Dé aanrader is wat mij betreft Körsmes in Wieërt van Jean Stassen en Esther Snijders.