Nico van den Bent: ‘Ieder kind wil gezien, gewaardeerd en gerespecteerd worden’

Voor de uitgave ‘Back to School’ van Weert Magazine deze keer een interview met Nico van den Bent (57), conciërge bij de Philips van Horne SG in Weert. Nico heeft een bewogen leven achter de rug. 15 jaar was hij beroepsmilitair en onder andere gelegerd op de KMS in Weert. Als commandant van een genietankgroep werd hij uitgezonden naar voormalig Joegoslavië. Toen hij jaren na zijn echtscheiding een persoonlijke lening bij de DSB-bank aanging om zijn huis van kunststof kozijnen te voorzien kwam hij door het faillissement van die bank in financiële problemen. Zijn discipline, doorzettingsvermogen en optimisme hielpen hem door deze donkere periode. Hij doorliep het schuldsaneringstraject WSNP en meldde zich daarna als ervaringsdeskundige op dit gebied bij de Weerter Minima Groep. Daar is hij inmiddels een van de steunpilaren. Iedere woensdagavond fungeert hij als gastheer bij De Aanschuiftafel in het Keenterhart.

In 2012 werd hij lid van de SP en tot op de dag van vandaag is hij een van de dragende krachten binnen de afdeling Weert. In zijn spaarzame vrije tijd kweekt hij Bonsaiboompjes. Genoeg stof voor een gesprek met een sociaal bewogen Weertenaar.

Een opmerkelijke loopbaan: Van militair naar conciërge.

Mijn militaire dienstplicht beviel mij zo goed dat ik besloot beroeps te worden. Ik ben geboren in Voorburg en opgegroeid in Geertruidenberg. Na de basisschool ging ik in Breda naar de Lagere Land- en Tuinbouwschool. Daar lag mijn passie, dacht ik toen nog. De volgende stap was de Middelbare Bosbouwschool in Arnhem. Ik ging er als puber op kamers. Onder de ouderlijke vleugels vandaan kwam er echter niet veel van studeren. Na twee jaar strandde dit bosbouwavontuur en moest ik mijn dienstplicht gaan vervullen. Al vrij snel besloot ik carrière in het leger te maken. Zo kwam ik in opleiding op de KMS in Weert. Als commandant genietank werd ik gestationeerd in Vught en Oirschot. Enkele jaren later werd ik instructeur op de KMS in Weert. Met veel plezier leidde ik onderofficieren op en bracht hen de juiste waarden en normen, discipline en mentaliteit bij. Ook maakte ik hen duidelijk dat uitzending naar oorlogsgebieden tot de mogelijkheden behoorde en als ze dat niet wilden, dat ze dan in het leger niets te zoeken hadden.

Uitzending naar voormalig Joegoslavië

In 1996 ging ik zelf voor een half jaar naar Joegoslavië. Srebrenica was toen al gevallen. De Nederlandse blauwhelmen waren daar licht bewapend en moesten door het ontbreken van luchtsteun van het Franse leger de ‘veilige’ enclave Srebrenica opgeven. Dat kostte 8000 moslimmannen het leven. Wij van IFOR kwamen daarna met een ander mandaat. Wij hadden tanks tot onze beschikking om de orde te handhaven in de Zone of Separation maar bouwden ook een ziekenhuis en meerdere bruggen. De bevolking was ons daar heel dankbaar voor. Gelukkig ben ik nooit in vuurgevechten of iets dergelijks terechtgekomen. Het was voor mij een prachtige ervaring. Ik ben er zelfs nog prins carnaval van onze legerbasis geweest, met een reddingsdeken als mantel en een van oud-rogstaekersprins Ad Jongen meegekregen steek. De veren waren van ijzerdraad met daarop wat crêpetape geplakt.

Waardoor kwam er een einde aan je militaire loopbaan?

Tijdens mijn opleiding aan de KMS leerde deze jongen uit Voorburg een meisje uit Weert kennen. We trouwden en kregen twee prachtige dochters Dymphey (nu 28) en Danique (nu 25). Na vijftien jaar als beroepsmilitair wilde ik niet meer op uitzending. De consequentie die ik daaruit trok was dat ik dan de dienst moest verlaten. 
Ik vond een baan in de burgermaatschappij bij RiCas-veiligheidstrainingen in Son en Breugel. Bosnië had toch iets met me gedaan. Ik bleek anders terug te zijn gekomen van uitzending dan ik erin was gegaan. Dat had zijn weerslag op mijn huwelijk en was een van de redenen van mijn echtscheiding. Overigens heb ik nog steeds een heel goed contact met de moeder én de stiefvader van mijn kinderen.

Schuldsanering

Er brak een moeilijke periode aan voor mij. Boven op mijn hypotheek sloot ik een persoonlijke lening bij de DSB Bank van Dirk Scheringa af om mijn huis van kunststof kozijnen te kunnen voorzien. Dirk ging failliet en ik moest volgens de kleine lettertjes versneld méér gaan betalen. Dat liep mis. Ik ging het ene gat met het andere vullen en de onbetaalde rekeningen stapelden zich op. Ik kwam in de schuldsanering terecht.
RiCas was inmiddels overgenomen door het beursgenoteerde bedrijf G4S. Bij G4S zagen ze daarin een risico dat ik geen vervoer meer zou hebben naar werkplekken in het land. Eind van het liedje was dat ik na 13 jaar bij een reorganisatie werd ontslagen.

Dirk Scheringa is nooit in de schuldsanering terechtgekomen, kon in een riant huis blijven wonen terwijl ik en nog vele anderen de pineut waren. Scheringa is voor mij een typische exponent van het kapitalisme.

“Alles komt goed al kan het soms wat langer duren”

Ik ben in die periode altijd heel open geweest over mijn situatie. Schaamte heb ik nooit gekend. Dat helpt je echt niet verder. Ik ben een geboren optimist. Alles komt goed, alleen kan het soms wat langer duren. Ik zat in de WW en bracht folders rond, nam een krantenwijk, pakte ieder klusje aan en ging sober leven om maar zo snel mogelijk uit de financiële problemen te komen. Je wordt met rare situaties geconfronteerd. Je komt bij de voedselbank terecht voor eten maar dan krijg je meteen ook minder weekgeld vanuit de schuldsanering.  Toen heb ik voor de voedselbank bedankt omdat ik koekjes, frisdrank en andere ongezonde voeding in zo’n pakket geen aanvulling vond.

Terwijl er vijf jaar voor stond was ik in tweeëneenhalf jaar schuldenvrij. Mijn advies aan mensen die in financiële problemen komen: Ga zo snel mogelijk hulp vragen via het maatschappelijk werk of kom voor een gesprek naar de Weerter Minima Groep. Ben open over je situatie en blijf onder de mensen komen.
Ik realiseer me wel dat het voor mensen die door een vorm van verslaving, een vervelende echtscheiding of zakelijke malheur in de schuldsanering terecht komen veel moeilijker is. Maar toch: zoek zo snel mogelijk hulp. Je bent echt niet de enige.

Conciërge op het AZC

Het KMS-complex kende ik op mijn duimpje. Toen er een AZC in werd gevestigd met een school werd daarvoor in januari 2016 een conciërge gezocht; een ideale baan voor mij. Ik solliciteerde en werd aangenomen. In Bosnië had ik het leed van kinderen in oorlogsgebied gezien. Nu werd ik geconfronteerd met het leed van, vaak alleenstaande, kinderen uit Syrië. Ik heb er veel geleerd over de omgang met deze slachtoffertjes. Als conciërge was het mijn taak toezicht te houden, klusjes uit te voeren maar ook kinderen die op hun kamer bleven uit te nodigen toch naar school te gaan. Ik gaf dan aan dat ze gemist werden, dat ze erbij hoorden, ertoe deden. Als je zelf positief en respectvol blijft, krijg je dat ook terug. Ik ben daar zelf een beter mens geworden, deed steeds meer extra zaken, buitenschoolse activiteiten, mensen helpen, werd vrijwilliger bij de Weerter Minima Groep en actief SP-lid. 

Jammer genoeg mocht mijn contract na tweemaal een jaar niet verlengd worden en een vast contract was niet mogelijk omdat het AZC een tijdelijke voorziening was. 

Voorman Arbeidstraining in het diagnosecentrum van De Risse Groep Weert.

Weer moest ik survivallen en verplicht vier keer per maand solliciteren terwijl er nauwelijks vraag naar personeel was. Na negen maanden kreeg ik een baan bij de Risse Groep in Weert, een werkvoorzieningsschap gericht op het bieden van werk aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Die baan beviel me echt niet. Door de leiding werd het niet gewaardeerd dat ik ook in privétijd en tijdens pauzes probeerde mensen zich goed te laten voelen. Zo was er een Somalische jongen die altijd zijn jas aanhield. De wildste verhalen gingen rond. Men vond hem eng en er werd gesuggereerd dat hij een wapen onder die jas verborg. Ik ging het gesprek met hem aan en hij deed zijn jas uit. Hij bleek broodmager en had kapotte kleding aan. Daar schaamde hij zich voor. Ik regelde wat andere kleding voor hem maar dat werd me door de leiding niet in dank afgenomen: “Dan kun je de hele Risse wel van kleding gaan voorzien.” Ik moest me beperken tot mijn taak in het diagnosecentrum. Er deden zich meer van dit soort zaken voor en ik voelde me er niet thuis.

Na een jaar werd ‘in onderling overleg’ mijn contract niet verlengd. Wel wil ik nadrukkelijk aantekenen dat het nu veel en veel beter gaat bij De Risse.

Conciërge Philips van Horne Scholengemeenschap

Weer de WW in, weer solliciteren, weer veel vrijwilligerswerk. In januari 2019 werd ik fractiemedewerker van de SP bij de Provinciale Staten. Het was een contract voor een jaar, twintig uur per week. Dit werk paste niet bij mij. Het was te veel met rapporten werken en te weinig met mensen. Ik wil zinvol bezig zijn met en voor andere mensen. Als vrijwilliger stapte ik in de werkgroep Doenewoud van Punt Welzijn. Het was coronatijd en we wilden in de wijk Groenewoud toch iets aan verbinding doen vanuit een mobiele schaftkeet. Dat gaf mij voldoening. Die keet staat nu nog steeds in de Magdalenastraat en wordt gebruikt voor opslag van spelmateriaal voor kinderen, barbecuespullen en dergelijke. De buurt beheert die keet nu zelf.

Vanaf januari 2021 ben ik conciërge bij de Philips van Horne SG, heb eindelijk een vast contract en wil hier mijn pensioen halen. Het is de perfecte baan voor mij. Fijne werksfeer, prima collega’s. Op mijn eerste werkdag liep ik met collega’s door de fietsenstalling. De leerlingen werden erop gewezen hun fietsen verder door naar achteren te plaatsen. Het klonk mij allemaal wat vermanend in de oren. Toen heb ik voorgesteld om ’s morgens voortaan aan de poort te gaan staan, de leerlingen wat vriendelijker te begroeten en hun eigen weg in de fietsenstalling te laten zoeken. Tot op de dag van vandaag is dat onze werkwijze. 

‘Ieder kind wil gezien, gewaardeerd en gerespecteerd worden’

Het toezicht houden in de aula is een taak die je met enige tact moet uitvoeren. Je moet wel consequent zijn. Ze moeten weten wat ze aan je hebben. Soms is het nodig iemand ‘naar de rode balie’ te sturen. Dat is de plek waar wij met een leerling in gesprek gaan over zijn gedrag. Het lopen ernaartoe werkt al de-escalerend. De eerste opwinding is dan al wat gezakt. Ook na zo’n gesprek zullen wij de leerling de volgende morgen weer vriendelijk begroeten. Ieder kind wil gezien, gewaardeerd en gerespecteerd worden. Dat is bij ons een belangrijke stelregel.

Politiek

Je bent al jaren actief in het afdelingsbestuur van de Socialistische Partij in Weert. De SP is echter niet meer vertegenwoordigd in de gemeenteraad. Het gaat niet goed met links?

Het stoort mij enorm dat mensen die het eigenlijk van een linkse politiek zouden moeten hebben toch de linkse partijen de schuld geven van alles wat er misgaat in dit land. Terwijl het kabinet Den Uyl (1973-1977) het laatste linkse kabinet was. Daarna is zelfs de PvdA geliberaliseerd en meegegaan in de privatiseringsgolf. De mensen trappen in de leugens van rechts en het afgeven op ‘linkse hobby’s’. Ze blijven rechts stemmen en wij zijn niet in staat hen duidelijk te maken dat rechts voor hen toch echt de verkeerde weg is. Die verrechtsing vindt ook in Weert plaats. De wijkraden zouden een goed middel kunnen zijn om hier iets aan te doen maar als er iets niet democratisch is dan zijn het de wijkraden. Uitzonderingen daargelaten.  Wij van de SP Weert blijven ervoor strijden in de toekomst weer een politieke rol van betekenis te spelen.

Van ervaringsdeskundige schuldsanering tot kartrekker bij de Weerter Minima Groep

Waar ik me het meest druk om maak is het armoedebeleid. Weert doet het niet slecht maar het kan altijd beter. In Weert leven net zoveel kinderen in armoede als er miljonairs wonen. Alleen al dat gegeven zou toch aanleiding moeten zijn om lokaal iets aan die kloof te doen.