Mijn lichaam

Van wie is mijn lichaam? Van mij, zegt mijn intuïtie, maar is dat wel echt
zo? Jarenlang waren het mijn ouders die besloten welk eten de brandstof
voor mijn lichaam vormde, wanneer ik sliep en wie mij vast mocht houden.
Jarenlang was het aan hen welke kleren ik zou dragen, welk kapsel daarbij
hoorde en of ik wel of geen gaatjes in mijn oren mocht laten schieten
Beetje bij beetje werd mijn lichaam steeds iets meer van mij. Het werd
mijn verantwoordelijkheid, het kwam onder mijn zeggenschap, het werd
mijn recht op zelfbeschikking.


Het feit dat ik een lichaam heb, betekent echter ook dat anderen mij
kunnen waarnemen. Mijn lichaam maakt mij zichtbaar, tastbaar en
kwetsbaar ten opzichte van anderen. Ik héb mijn lichaam niet alleen, ik
bén het ook. En doordat ik mijn lichaam ben, krijgen anderen de kans een
oordeel te vellen op basis van mijn uiterlijk. Stel je voor dat je opnieuw je
klas op de middelbare school leert kennen. Met wie ga je praten? Naast wie
zit je in de pauze? Wie lijkt je aardig en bij wie blijf je voorlopig even uit
de buurt? Het zijn allemaal oordelen die we in eerste instantie op basis van
uiterlijk en uitstraling maken.


Het hebben en zijn van een lichaam betekent helaas ook, en vooral voor
vrouwen, dat we ongewild het doelwit worden van de invloeden van
anderen. De dieettips in tijdschriften, de make-up reclames op TV, de
sporttips op Instagram. Iedere dag weer vertellen ze me hoe ik eruit zou
moeten zien, zonder dat ik ooit om een mening heb gevraagd. Hetzelfde
geldt voor de mannen die me na toeterden langs de randweg, de jongens die filmpjes van mijn billen maakten tijdens het uitgaan, de gasten die tijdens mijn werk als serveerster me vroegen mijn shirt uit te trekken. Allemaal meenden ze gebruik te mogen maken van mijn lichaam. Mijn toestemming bleken ze daar niet voor nodig te hebben.


Als vrouwen worden we geacht mooi, verzorgd en vrouwelijk te zijn, maar
we mogen hier vooral niet zichtbaar moeite in steken. Onze kleding moet
modieus zijn, de make-up precies goed, buik plat, hakken hoog, huid strak.
Ons uiterlijk puur, maar nooit preuts. Sexy, maar geen seconde sletterig.
Slank, maar met de perfecte rondingen. Het ideale vrouwenlichaam is een
onmogelijkheid.
Mochten we dit alles toch ooit weten te bereiken, dan word je als vrouw
doorgaans als ‘mooi’ beschreven. Een woord dat ook prima toepasbaar is
op een vaas, een auto of een huis. Mannen daarentegen kennen we liever
het begrip ‘knap’ toe. Een woord dat ook iets kan zeggen over iemands
prestaties buiten het lichaam om en vooral voor mensen wordt gebruikt. Dit
voorbeeld geeft precies weer hoe vrouwen, zo veel meer dan mannen, op
hun lichaam beoordeeld worden en hoe we hen zo keer op keer tot object
reduceren.


Onze samenleving heeft een voorliefde voor het inperken van de
lichamelijke integriteit van vrouwen. Nog altijd zijn vrouwen niet
volwaardig baas in eigen buik. Veel vaker dan mannen zijn vrouwen het
slachtoffer van zedendelicten. En in onze eigen hoofdstad krijgt 81% van de
vrouwen tussen de 15 en 34 jaar te maken met straatintimidatie. Helaas is
na zo’n anderhalve eeuw feminisme de rest van dit lijstje nog steeds te lang
om op deze pagina te passen.
Over het begin van ons leven, en dus ons lichaam, hebben we zelf niets
te zeggen, over het einde ervan evenmin. Laten we er tijdens ons leven
dan het beste van maken. Laat mijn lichaam mijn lichaam zijn. Laat
mijn lichaam gewoon zijn, zijn zonder opmerkingen, eisen, fluitjes en
ongewenste aanrakingen. Gewoon zijn. Van mij, voor mij, als mij.

Famke Langedijk