6 april 2020 | Auteur: Laura Mennen
‘Mijn lichaam is mijn instrument’
Volgens haar moeder maakte ze al op eenjarige leeftijd danspasjes in de box. Marijn Jansen (22) uit Weert danst op topsportniveau. Een hernia zette haar vorig jaar met beide benen op de grond. “Mijn lichaam is mijn instrument en als dat niet gezond is, kan ik voor mijn gevoel niks.”
“Ik moet toegeven dat ik me nu beter voel dan voordat ik ziek werd, zowel mentaal als lichamelijk. Door deze gebeurtenis ken ik mijn lichaam veel beter, weet ik wat ik wel en niet aankan. Ook sta ik positiever in het leven. Ik leerde waarderen wat ik heb en dat mijn lichaam weer gezond is.”
Danspasjes in de box
De passie voor dansen begon bij Marijn Jansen al op vroege leeftijd. “Ik herinner me nog dat mama ooit vertelde dat ik toen ik één jaar was al plié’s (balletpassen) maakte in de box.” Op vierjarige leeftijd startte Marijn met kleuterdans bij muziekschool het RICK in Weert. Na een paar jaar koos de 22-jarige ervoor lessen klassiek ballet bij dezelfde muziekschool te volgen. “Maar ik miste het dansen op popmuziek. Daarom ben ik er een jaar later nog jazzballet bij gaan doen.” Vooropleiding Dans Op een dag organiseerde het RICK een dag waarbij leerlingen een kijkje konden nemen op de vooropleiding Dans van dansacademie ArtEZ in Venlo. Marijn: “Een van de docenten zag potentie in mij, heeft me gescout, me een brief gestuurd waarin stond dat ik in Venlo op auditie mocht.” Maar op dat moment besloot Marijn hier niets mee te doen. “Ik was pas elf jaar en vond het een te grote stap om twee keer in de week alleen op en neer naar Venlo te reizen. Ik was daar nog niet klaar voor.”
Niet op haar plek
Marijn ging naar de Philips van Horne in Weert. “Dat jaar kwam ik niet lekker in mijn vel te zitten. Ik voelde me niet op mijn plek.” Marijns moeder stimuleerde haar zich nog eens te verdiepen in de dansschool in Venlo. “Mijn ouders wisten hoeveel energie ik kreeg van dansen en dat ik me hier verder in wilde ontwikkelen.”
Marijn deed auditie, werd aangenomen en nadat ze een week meegelopen had, startte ze op haar dertiende met de vooropleiding Dans. “Doordeweeks volgde ik van 9.00 uur tot 15.00 uur normale vakken, zoals Nederlands en wiskunde. Daarna had ik balletles, twee keer in de week volgde ik een les moderne dans.” Marijn zat vaak tot zes of zeven uur ’s avonds op school. “Of ik dat erg vond? Soms baalde ik, omdat ik doordeweeks bijna nooit met vriendinnen kon afspreken. Maar op dat moment was ik zo gefocust op mezelf ontwikkelen als danseres, dat ik me daar al snel bij neerlegde.”
Hernia
Vijf jaar later rondde Marijn de havo af en werd ze aangenomen op ArtEZ Hogeschool voor Kunsten in Arnhem. Eigenlijk zou Marijn nu in haar derde studiejaar zitten. “Maar tijdens het eerste jaar kreeg ik veel last van mijn onderrug, waardoor ik niet goed kon meedoen met de lessen. Op den duur had ik zelfs zoveel last, dat het ook mijn sociale leven belemmerde. Als ik naar een verjaardag van vrienden ging, was ik vaak na een uur weer thuis en lag ik op de bank, omdat ik zoveel pijn had. De fysiotherapeut op school kon niet ontdekken wat er met me aan de hand was.” Na ongeveer een half jaar liet Marijn een MRIscan maken in het ziekenhuis. Ze bleek een hernia te hebben. “Ik merkte dat doktoren dachten dat ik nooit meer op topsportniveau kon dansen. Ook al zeiden ze dat natuurlijk niet letterlijk.” Waar die hernia vandaan kwam? “Dat weet ik niet zeker. Ik denk dat ik over het algemeen een zwakkere rug heb dan andere dansers en dat ik hem op de vooropleiding te veel belast heb.”
Kracht opbouwen
Marijn kreeg een pijnblokkade, een ruggenprik in haar onderrug die de pijn verminderde, en stopte met school. “Ik voelde mij somber, down en misschien wel een beetje depressief. Dansen was mijn passie, dan was ik mijzelf, daar kon ik mijn gevoel in kwijt. Mijn lichaam was mijn instrument en als dat niet gezond was, kon ik voor mijn gevoel niks.” Na een periode van rust ging Marijn de zomer voor de start van het nieuwe studiejaar naar een fitnessfysio om kracht op te bouwen, de spieren in haar rug extra te versterken.
In september startte ze met een gezond lichaam op het ArtEZ. “Ik merk dat ik er nu veel meer op let dat mijn spieren goed warm zijn.” Marijn zorgt ervoor dat ze een halfuur tot een uur voor de dansles begint aanwezig is om zichzelf een kleine workout te geven.” Af en toe gaat de danseres nog eens terug naar de fitnessfysio. “Dan geeft ze me weer wat nieuwe oefeningen mee waarmee ik aan de slag kan.” Marijn is enorm dankbaar voor het feit dat ze weer kan trainen. “En dat ik kan toewerken naar een nieuwe voorstelling. Daar doe je het toch voor: op een podium staan en in een zaal vol met mensen dansen. Dat geeft een kick.”