4 maart 2019 | Auteur: Désiré Kappert
Mevrouw Söntjens bijna 100
Ze werd geboren in 1919! Over enkele weken wordt ze 100, mevrouw Thea Söntjens-v.d. Kerkhof.
Vrolijk, opgewekt en nog levenslustig woont ze sinds enkele maanden in het nieuwe wooncomplex Hornehoof aan de Vogelsbleek. Met trots en dankbaarheid kijkt ze terug op een mooi leven.
Een gesprek met een tevreden senior.
De kerktoren van Nederweert
Met een gulle lach begroet ze me in haar mooie appartement op de zevende etage van het complex. Ze woont hier sinds begin januari omdat het zelfstandig wonen niet langer meer ging. Op deze locatie ontvangt ze iedere dag de hulp die ze nodig heeft en geniet ze dagelijks van het samen eten met medebewoners. Mevrouw Söntjens is tevreden. In heldere bewoordingen en met een mooie stem vertelt ze over haar jeugd. ”Ik ben geboren in Nederweert. Unne echte Pinmaeker”, zegt ze niet zonder enige trots. “Vanaf mijn balkon kan ik zelfs de kerktoren van Nederweert zien. Toen ik 15 jaar was, ben ik gaan werken in Weert. Als dienstmeisje bij de familie Scheijmans op de Biest. Dat heb ik jarenlang gedaan. Daarna ging ik – ook als dienstmeisje – aan de slag bij de familie Pleunis in Nederweert en weer later bij deurwaarder Dormans in Weert.”
Ze vertelt dat haar ouders thuis een grote boerderij hadden met veel koeien. Ik vraag of ze daar niet mee hoefde helpen. “Nee, ik niet, maar mijn broers en zussen wel”, antwoordt ze. Haar gulle lach haalt het toenmalige plezier naar boven.
‘Je wist niet beter’
Op 13 maart a.s. wordt Thea Söntjens – v.d. Kerkhof 100 jaar.
Mevr. Söntjens is zeker niet de enige 100-jarige in onze regio en ook niet de oudste inwoner van Weert of Nederweert. Maar het feit dat ze rondom de uitgave van deze editie van Weert Magazine haar verjaardag viert, was de reden om naar haar ‘verhaal’ te luisteren. Voortdurend valt haar tevredenheid en dankbaarheid op. In 1943 trouwde ze met Jan, in Nederweert. Jan was een Weertenaar en bakker van beroep. Ze begonnen samen een brood- en banketbakkerij in de Hoogstraat (naast de voormalige herenmodezaak Vossen).
“Dat was hard werken, Jan in de bakkerij en ik de winkel. ’s Avonds ging Jan dan met de auto bestellingen thuisbezorgen bij de klanten.” Naast het zware en ambachtelijke werk in de bakkerij, waar Thea vaak meehielp, had het stel ook vijf kinderen, drie meisjes en twee jongens. Ze woonden achter en boven de bakkerij in de Hoogstraat. Thea zorgde voor het huishouden. “Op zaterdagmiddag werd in de warme en gepoetste bakkerij de badkuip neergezet en moesten alle kinderen er achter elkaar in. “Och”, zegt ze nederig, “je wist niet beter…”
Als we het hebben over de vroegere jaren waarin huishoudens het moesten stellen zonder de hedendaagse luxe van geiser, magnetron, verwarming, pampers, wasmachine en droger dan is respect op zijn plaats.
‘Leever ein sjoeske’
Maar naast het harde werken had het echtpaar ook tijd voor plezier en ontspanning. “Jan was lid van de boorehermeneej, die vroeger altijd meetrok met de Preens van Wieert. De dames gingen natuurlijk ook mee. Het was een heel gezellige tijd.” Dronk ze dan ook graag een pilske? Ze lacht: “nein, leever ein sjoeske…”
Omdat de bakkerij nodig moest worden gerenoveerd, kwam er, mede om gezondheidsredenen van Jan, een einde aan de bakkerij. Het gezin verhuisde naar de ouderlijke woning van Jan aan de Begijnenhofstraat waar ‘opa en oma’ nog enkele maanden bij hen inwoonden. Jan ging werken als bakker en later als kok in het Pensionaat van St. Louis aan de Emmasingel/Schoolstraat. Thea had haar handen vol aan het huishouden. Ondanks de drukte had ze nog voldoende tijd om als lid van het oratoriumkoor en het gemengd zangkoor wekelijks te zingen.
Volop genieten van het leven
In de jaren die volgden verhuisde het paar nog een aantal keer: van de Baroniestraat, naar de Driesveldlaan en via de Maastrichtstraat naar de aanleunwoningen van Maria Wijngaard. Na hun werkzame leven hebben ze lang weten te genieten en vierden ze op grootse wijze hun gouden en diamanten bruiloft. “Toen hebben we – net als met ons huwelijk– weer in een koets gezeten. Jan vond het maar niks dat we een grote ronde maakten door Weert, maar ik voelde me net een koningin…”
Het jarenlange harde werken eiste voor Jan zijn tol. De laatste jaren van zijn leven cijferde Thea zich helemaal weg voor haar man. Ze bleven veel thuis en gingen er niet meer op uit. In 2004 overleed hij en op 85-jarige leeftijd bleef ze alleen achter. Waar de kinderen verwachtten dat mam bij de pakken neer zou gaan zitten, bloeide ze op. Ze pakte de draad op, reisde nog vaak naar haar dochter die in Noord-Duitsland woont, ondernam het nodige en genoot volop van hel leven. En dat doet ze tot de dag van vandaag!
Ze bidt elke dag de rozenkrans en tot voor enkele maanden ging ze elke zondag naar de kerk. “Mijn vader werd 95 en al die jaren heb ik gedacht: ‘zo oud wil ik ook worden. En nu ben ik hem voorbij. En elk jaar denk ik: ‘nog een jaartje erbij’, eindigt ze dankbaar het gesprek.
Op 13 maart a.s. wordt Thea Söntjens – v.d. Kerkhof 100 jaar.