Kassaperikelen

U kent ze natuurlijk allemaal al. De opmerkelijke situaties die zich voordoen bij de kassa van een supermarkt.
Bij de vriendelijke mevrouw op leeftijd die contant betaalt en dat ook gepast wil doen, krijg ik warme gevoelens. Al het muntgeld dat ze uit haar portemonnee haalt wordt omgedraaid en bekeken. Hardop leest ze de op iedere munt vermelde waarde voor. Dan blijkt ze toch onvoldoende muntgeld te hebben en wordt alles weer zorgvuldig opgeborgen. Nu haalt ze uit een ander vakje een briefje van twintig. De kassière geeft haar na enkele driftige aanslagen een handvol munten terug. Dat wordt nauwkeurig nageteld. Ze stopt haar boodschappen in haar tas en neemt met een ‘ Dank u vriendelijk en tot ziens’ afscheid van de kassajuffrouw. Ik geniet van zo’n aandoenlijk tafereel. Begrip en respect voor ouderen is helaas niet bij iedereen een vanzelfsprekendheid.

Waar ik absoluut niet tegen kan is als ik zelf slachtoffer word van ongeduld:

  • Het ongeduldige type dat, zelfs in coronatijd, tegen me aan kruipt om alvast spullen op de band te leggen. Dan draai ik me om met ‘Sorry? Anderhalve meter?’ Dat helpt.
  • De hufter die zijn winkelkar tot op mijn hakken duwt. Ik ga dan zonder om te kijken op mijn kar hangen en duw met mijn achterwerk zijn karretje quasi achteloos maar stevig achteruit. Dat helpt meestal.
  • De eikel die met een volle winkelkar gelijktijdig met mij bij de kassa aankomt, ziet dat ik slechts één pizza in mijn handen heb, en ondanks oogcontact mij toch de pas afsnijdt! Ik reageer met: ‘O kijk eens aan, meneer heeft haast!’ Dat helpt volstrekt niet.

Maar ook het ‘sorry, sorry’ roepende, hittepetitje dat ‘sorry, sorry, iets vergeten’ op hoge hakken terug de winkel in trippelt en vervolgens minutenlang wegblijft kan op weinig sympathie van mijn kant rekenen.

Vorige week had ik echter een nieuwe, even verbazende als amusante kassa-ervaring:
Bij het bliepen van een pak koekjes van een klant voor mij verscheen er tot ontsteltenis van de kassière het bericht ‘Dit artikel mag de winkel niet verlaten!’ op haar scherm. Ze las het tot twee keer toe hardop voor. ‘Dat heb ik nog nooit meegemaakt’ voegde ze er vertwijfeld rondkijkend aan toe. Hulptroepen werden opgeroepen, de rij wachtende werd langer en de kassière nerveuzer door het uitblijven van hulp. Na meerdere oproepen kwam een jongeman aangesneld die het bericht nogmaals voorlas en concludeerde dat het artikel in de winkel moest blijven. ‘Ja dat snap ik ook’, reageerde de kassajuffrouw, ‘Maar hoezo?’
‘Geen idee’ was zijn antwoord en met de koekjes in de hand liep hij in rappe pas de winkel weer in. Er ontstond enige hilariteit in de wachtrij. Even later bood hij de klant een gratis pak koekjes van een ander merk aan. Het mysterie werd echter niet opgelost.
De man achter mij sprak me glimlachend aan: ‘Schrieftj dao mer us un stûkske oeëver.’
Nou, bij deze.

Ton Adriaens