John van Cauteren, interview met mezelf

Waarom een interview met jezelf?

Oeps, meteen al een moeilijke vraag om mee te beginnen. Na enig nadenken zegt Van Cauteren: Eigenlijk wilde ik een serieus stuk schrijven over mijn ruim 35 jaar bij het gemeentemuseum van Weert. Maar dan krijg je al snel het aura van ‘opa vertelt…’ De interviewvorm houdt volgens mij het verhaal wat frisser. 

Goed, begin maar bij het begin. 
De basisgegevens:

Geboren in 1957 in Heerlen. Atheneum-B gevolgd op het Bernardinuscollege aldaar. Vervolgens Kunstgeschiedenis en archeologie gestudeerd aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Specialisaties religieuze kunst van de middeleeuwen, Nederlandse kerkgeschiedenis en museologie. Gehuwd met Heleen Kunneman, vader van Ruben en David.

Hoe begon jouw professionele carrière?

Het begon meteen moeizaam. Er heerste een enorme economische crisis en de banen op mijn vakgebied lagen niet voor het oprapen. Na het afstuderen heb ik jarenlang met behoud van uitkering onbetaald onderzoek gedaan, artikelen en bijdragen geschreven voor het tijdschrift Antiek en voor tentoonstellingen in musea in Uden, Den Bosch, Utrecht, Susteren, Vinkeveen en Mijdrecht. 

En hoe kwam je met het museum in Weert in aanraking?

Als vrijwilliger voor de stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland, werd ik ‘gedetacheerd’ bij de minderbroeders franciscanen Nederland. Onder leiding van hun commissie preciosa en curiosa (de Latijnse versie van tussen kunst en kitsch) inventariseerde ik jarenlang alle vestigingen van de minderbroeders in Nederland. En dat waren er toen nog best veel en verspreid over het hele land. Het grote klooster in Weert is tot het laatst bewaard. Daar stond en hing immens veel kunst. En ook nog in het gemeentemuseum aan de Markt. Ik was er maandenlang mee bezig. Ik verbleef toen intern in het klooster. Zo raakte ik bekend met het museum en het museum met mij. 

En toen?

In 1989 onderging de gemeente Weert een grote reorganisatie. Daarbij werd het gemeentemuseum een werkeenheid, met nieuw gecreëerde functies voor conservator/werkleider, educatie, PR en organisatie wisselpresentaties en een beheerder. Omdat de conservatorfunctie nog niet was ingevuld, was er begin 1989 behoefte aan iemand die voor een half jaar twee exposities zou organiseren in Museum Jacob van Horne en de Tiendschuur. En ik werd gevraagd voor deze klussen. Ondertussen was de werving van de conservator/werkleider gestart. Uiteraard solliciteerde ik en na een lange procedure viel de keuze voor deze functie op mij en werd ik januari 1990 benoemd. Op mijn eerste visitekaartje, ontworpen door museummedewerker Jacques de Groot, staat mijn motto: ‘het verworvene te bewaren is geen geringere verdienste dan het te verwerven’. Een zeer passend motto voor een museumconservator.

Wat heb je in 35 jaar tijd allemaal gedaan in het museum?

Samen met het team begon ik met de professionalisering van het gemeentemuseum op alle fronten. In 1990 verscheen de eerste Weerter museumnota. Een van mijn opdrachten was moderne kunst beter te vertegenwoordigen in de collectie. Zo is er gestart met de stadscollectie, een verzameling kunstwerken van belangrijke Weerter kunstenaars. Later werd deze collectie nog uitgebreid met spirituele werken van Nederlandse kunstenaars. Er werd onderzoek gedaan en gepubliceerd. Vele exposities zijn georganiseerd in de beide museumlocaties. En verder werd de collectie opgebouwd met aankopen, schenkingen, en bruiklenen. Met name van de Franciscanen kwamen de objecten soms letterlijk met vrachtwagens tegelijk binnen! Zo heb ik in ruim 35 jaar een collectie kunnen opbouwen, die tot de belangrijkste cultuurhistorische en kunstcollecties van de provincie behoort.

Hoe waren de relaties met de gemeente?

De relatie met politiek en bestuur waren over het algemeen goed. Met de vele collega’s is altijd goed samengewerkt Er waren natuurlijk pieken en dalen. 

Vertel eens wat meer over de dalen.

Daar heb ik nu helemaal geen zin in. Ik praat liever over de pieken. 
Omdat ik over een brede culturele belangstelling en kennis van zaken beschik, heb ik bijvoorbeeld verschillende collega’s tijdens langdurige ziekte mogen vervangen, zoals de ambtenaren-cultuur en archeologie. Vanuit de gemeente heb ik het proefsleuvenonderzoek van de Rijksdienst Oudheidkundig Bodemonderzoek op Laar begeleid en heb ik als amateurarcheoloog actief mogen meegraven op de grafvelden op Laar en Kampershoek, onder leiding van Henk Hiddink. Een half jaar lang deel uitmaken van de organisatie van Koninginnedag in 2011 was ook een bijzondere belevenis. Dat gold ook voor de organisatie van de culturele week. Deze evenementen leidden vaak tot verkleedpartijen, waaraan ook de wethouder en andere collega’s deelnamen. En die verkleedpartijtjes leidden weer tot andere verkleedpartijen…

Hoe bedoel je? 

Bij de opening van Open Monumentendag, bij specifieke lezingen, aanbiedingen etc. verscheen ik graag in een historische uitmonstering. In het jubileumjaar Weert 600 jaar stad mocht ik helemaal losgaan. Daar verzorgde ik met het Sint Catharinagilde 1480 de opening en beeldde ik met leden van WOKMUZIEKTHEATER Weert, op verzoek van het college van B&W op de trappen van het museum, de ondertekening van het privilege van het marktrecht uit 1414 uit. En we voerden vervolgens, deels te paard, de historische stoet aan. 

WOKMUZIEKTHEATER?

Ja, die operavereniging waar ik lid en artistiek leider van ben, daar moet ik toch wat over zeggen, want die speelt dwars door alle jaren heen een belangrijke rol. We verzorgen prachtige operaproducties in het Munttheater. Al in 1991 stond ik als jong verenigingslid verkleed als Weerter burgemeester op de trappen van het museum. En via collega’s en bestuurders die de diverse voorstellingen bezochten kreeg ik altijd leuk commentaar…

Wat is de grootste blunder die je hebt gemaakt in je carrière?

Dat gaat je geen donder aan!

Ok, ok. Gevoelig terrein… 
Een andere vraag dan. 
Heb je thuis ook veel kunst hangen?

Ik heb thuis wel kunst hangen, maar die is veelal uitgezocht door Heleen, mijn vrouw. Geen echt museale kunst trouwens. Als conservator mag je volgens de geldende ethische normen geen kunst verzamelen die het museum ook actief verzamelt. Je zou dan zo maar de krenten uit de pap voor de neus van het museum weg kunnen kapen. Als je het kan betalen natuurlijk…

Wat is de belangrijkste aankoop geweest van het museum?

Daar kan ik makkelijk op antwoorden: de ateliercollectie Esser-Werz. Ruim 4000 objecten die het hele proces van edelsmeden in een 19e-20e -eeuws atelier illustreren. Deze collectie sloot perfect aan op de ruim 150 objecten die we al uit het atelier in de collectie hadden en is in de loop van de tijd nog verder uitgebreid met werktuigen uit het atelier en met werkstukken van met name Henri Esser en Eloy en Tyllo Werz. De collectie in zijn geheel is uniek voor Nederland, waarschijnlijk zelfs voor Europa.

En wat is je lievelingskunstwerk in het museum?

Dat moet je een conservator niet vragen. Je vraagt een ouder ook niet wie zijn lievelingskind is. Alle objecten hebben een interessant verhaal dat onderzoek waard is en dat verteld wil worden. En ook in esthetisch opzicht zijn veel objecten het bekijken meer dan waard. 

Je gaat nu met pensioen. Was dat een verrassing voor sommigen?

Ja inderdaad. Veel mensen reageren verbaasd als ik vertel dat ik ga. Mijn afdelingshoofd en teamleider schrokken zich een hoedje toen ze hoorden hoe snel mijn pensioengerechtigde leeftijd naderde. Maar ja, bij de gemeente wordt jouw arbeidsovereenkomst automatisch ontbonden als je de AOW- gerechtigde leeftijd hebt bereikt. 

En vind je het jammer dat je moet stoppen? 

De afgelopen jaren heb ik met veel goede mensen en met heel veel plezier mogen werken aan de totstandkoming van een nieuw museum voor Weert: Museum W. Weert verdient een dergelijk museum. Ik laat een prachtig museum achter, met een goed team en een gedreven groep vrijwilligers die het museum de komende jaren verder tot bloei zullen gaan brengen. Daarom heb ik er ook vrede mee dat het nu stopt. En laten we eerlijk zijn, ouderen moeten gewoon op tijd opstappen, zodat ook jongere generaties de kansen krijgen die ik kreeg toen ik zelf jong was. Dat is de natuurlijk kringloop van het leven. En dat is goed zo!

En nu thuis in de tuin rustig een boek gaan zitten lezen?

Dat zal zeker ook gebeuren. Maar mensen die mij een beetje kennen weten dat ik al snel weer aan de slag zal gaan. Met onderzoeken, schrijven en publiceren, depotwerkzaamheden voor het museum, lessen verzorgen voor de cursus Weertologie etc. Weert is nog niet van me af!