‘Frietje met’ bij de Rut

‘Friture Modern’ staat er boven het frietkot, maar iedereen had het over ‘de Rut’. Precies 50 jaar geleden in juni en juli 1971 begon ik hier mijn werkzame leven. Net geslaagd voor de HBS ging ik bij Bèr Rutten vakantiewerk doen voor honderd gulden per week.

Afkomstig uit Budel begon Bèr Rutten eind jaren vijftig op de hoek van de Parallelweg en het Stationsplein een frietkraam. 

Het werd een groot succes. Op de foto zien we een paar Duitse militairen van de legerplaats Budel. Ook Nederlandse soldaten wisten de Rut te vinden. Iedere zondagavond kwam er met de laatste trein een heel regiment KMS-onderofficieren om – uiteraard – een ‘frietje oorlog’ te scoren. Tot diep in de nacht moesten we daarna nog alles opruimen. De bedrijfsleider bracht dagelijks een emmer vol met geld naar het woonhuis van Bèr, waar de opbrengst werd geteld. De werkdag begon met het ophalen van een paar manden met vers geschilde aardappelen. Die lagen opgeslagen in waterbakken in het smalle huisje op nr. 72, dat er nu nog staat. Ooit gebouwd als sigarenfabriekje. Een keer of drie per week kwamen een paar mannen in dat huisje aardappelen schillen. De mayonaise werd gemaakt door een kok die iedere week uit Eindhoven kwam.

Veel Weertenaren kwamen in die tijd met een pannetje friet halen bij de Rut. 

Eén man, de Wolle Bäö, kwam iedere dag. Hij bestelde altijd hetzelfde: een frietje en een frikadel. Op de rand van een ijzeren afvalmand gezeten, maakte hij een kruisteken en begon te eten. Iedere dag was het “tot mêrge”. Op mijn laatste werkdag vertelde ik hem dat ik ging stoppen en dat ik ging werken bij de gemeente Maarheeze. Zijn goede raad ben ik nooit vergeten: “Neet doon jong, heej staoje fein druuëg!”

Droog staan was voor de Wolle Bäö een groot goed.

Door Koos Neijnens i.s.m. Stadsgidsen Regio Weert  •  Reageren: info@stadsgidsenweert.nl  •  Foto: Gemeentearchief Weert (gemeentearchiefweert.nl)